'Jongeren vinden het bakkersvak oubollig. Nou, écht niet hoor'
Nederland telt nog 1500 tot 2000 ambachtelijke bakkers. De komende tien jaar gaan zo'n 500 van hen met pensioen en dus worden met spoed nieuwe liefhebbers gezocht die een bakkerij willen runnen.
Dat wordt niet eenvoudig, denkt de Stichting Bedrijfsopvolging Bakkerij. Daarom begint er deze week een campagne. De website ikwileenbakkerij.nl moet vooral jongeren interesseren voor het bakken van brood, appeltaarten en croissants.
Peter Jeukens (57 jaar) heeft al bijna 30 jaar een bakkerij in Nijmegen en denkt erover om te stoppen. "Niet morgen gelijk hoor. Ik zou het fijn vinden als ik de komende jaren een jonge, enthousiaste jongen kan opleiden tot ondernemer die dan wellicht mijn zaak overneemt. Maar ja, ik denk dat de jeugd dit vak misschien een beetje oubollig vindt. De ict-sector vinden ze hip en zo, maar dat ik hier de mooiste producten maak, dat is toch geweldig? Laat ze maar eens komen kijken."
De zoektocht naar een opvolger zal lastig worden, vreest Jeukens:
Negatief imago
De wervingscampagne moet jaarlijks vijftig overnames in de ambachtelijke bakkerijsector tot stand brengen. Dat zijn de goede bedoelingen op papier, maar dat negatieve imago is een probleem.
Werken diep in de nacht, weken van 80 uur maken en nauwelijks een sociaal leven; zijn dat vooroordelen? Jeukens vindt het allemaal maar onzin: "Hoeveel beroepen zijn er niet waar je 's nachts ook moet werken? En 80 uur is echt overdreven. Ik heb niks te klagen, ik heb een sociaal leven, vrienden genoeg."
Bakken is hot
Het tv-programma Heel Holland Bakt trok het afgelopen seizoen bijna vier miljoen kijkers. Fabrikanten van bakproducten hebben daarom weinig te klagen over de verkoop, die stijgt enorm. Kortom, bakken is hot. Hoe kan het dan dat er zo'n tekort dreigt aan ambachtelijke bakkers?
Babiche van de Loo van de Stichting Bedrijfsopvolging Bakkerij: "Wat je in Heel Holland Bakt ziet, zijn toch vooral thuisbakkers, hobbyisten, die heel enthousiast in de keuken uren besteden aan één taart. Maar echt een ondernemer worden met een eigen bakkerijbedrijf is natuurlijk andere koek. Dat is niet te vergelijken. Je moet twee expertises hebben: een goede ondernemer zijn, bijvoorbeeld een antwoord hebben op de enorme concurrentie van supermarkten, én lekkere producten kunnen maken."
Nederland telt ook honderden Turkse en Marokkaanse bakkers. Zouden zij wellicht hulp kunnen bieden bij overnames? "Ik denk het niet", zegt Fakrouin Tajep, die al 15 jaar een Marokkaanse bakkerswinkel heeft aan de Kanaalstraat in Utrecht. Hij denkt ook aan stoppen.
"Alles is hartstikke duur: de huur, elektra, verzekering. Dus je moet wel heel hard werken, van 's morgens 7 uur tot 's avonds 8 uur, om uiteindelijk nog iets te verdienen." Tajep, die tussendoor even twintig klanten helpt in amper een kwartier, zegt: "Mijn gezondheid is kapot, vooral mijn rug. Daarom ga ik ermee stoppen."
Ook hij noemt de supermarkten als enorme concurrent: "Zij verkopen vier croissants voor een euro, daar kan ik niet tegenop. Dat speelt ook mee."
Een ander geluid komt van Hogiaf, een ondernemersvereniging met ook veel Turkse leden. De woordvoerder weet niet hoeveel Turkse bakkers er zijn in Nederland. Maar volgens hem is de interesse van die bakkers om overnames te doen in ons land, juist 'bovengemiddeld'.
