Nederlandse advocaat vermoedt politieke spelletjes bij ontslag in Cambodja

De Nederlandse advocaat Victor Koppe eist dat hij weer wordt toegelaten als advocaat van een kopstuk van de Rode Khmer, die door het Cambodja-tribunaal is veroordeeld. Diens zaak gaat nu in hoger beroep verder, maar afgelopen weekend werd duidelijk dat Koppe niet meer mag optreden als zijn advocaat. Koppe suggereert vandaag via zijn advocaat dat er politieke spelletjes gespeeld worden.

Koppe verdedigde jarenlang Nuon Chea, die als rechterhand van Pol Pot de tweede man van het Rode Khmer-regime was. Onder dat regime kwamen van 1975-1979 zeker 1,7 miljoen mensen om door executies, ziektes, honger en dwangarbeid. Nuon Chea werd vorige maand nog veroordeeld tot levenslang voor zijn betrokkenheid bij genocide.

Vorige week stuurde de Cambodjaanse advocatenorde een brief aan het tribunaal dat Koppe niet langer gemachtigd was om te opereren als advocaat. Hij was in Cambodja van het tableau geschrapt omdat hij al langer niet meer als advocaat geregistreerd stond in Nederland. Dat is een vereiste om als buitenlandse advocaat voor verdachten bij het Cambodja-tribunaal te werken, zeggen de autoriteiten.

Koppe erkent via zijn advocaat Britta Böhler dat hij niet meer geregistreerd stond in Nederland. Omdat hij het te druk kreeg met de verdediging van zijn cliënt in Cambodja had hij zijn advocatenpraktijk in Amsterdam stopgezet, waarop hij per 1 januari 2016 werd uitgeschreven bij het tableau in Nederland. Maar volgens Koppe was dit in Cambodja allang bekend. Böhler schrijft in een bezwaarbrief dat inschrijving in het land van herkomst volgens de regels bovendien alleen vereist is op het moment van in dienst treden.

Verder valt in de brief te lezen dat de Cambodjaanse advocatenorde er geen zuivere motieven op nahoudt om aan te sturen op het ontslag van Koppe. Böhler stipt aan dat de president van de Cambodjaanse orde, Suon Visal, in het verleden is ontslagen als lid van het advocatenteam, vanwege "ondermaatse" prestaties als lid van de verdediging. Bij het ontslag speelde mee dat hij niet werd vertrouwd door zijn cliënt, Nuon Chea, en de advocaten. Het vermoeden bestond dat Visal een infiltrant was van de regerende Cambodjaanse Volkspartij.

Volgens correspondent Michel Maas heeft Koppe zich in Cambodja de afgelopen jaren niet geliefd gemaakt. "Niet alleen de Cambodjanen vinden hem lastig, ook de internationale rechters en advocaten. Hij veegt al elf jaar lang iedereen de mantel uit die volgens hem niet deugt. Als iemand volgens hem niet competent is, maakt hij daar geen geheim van. Het lijkt erop dat ze zaten te wachten op een aanleiding om van hem af te komen."

De kans bestaat dat de hogerberoepzaak van Nuon Chea nu verder moet gaan zonder internationale advocaat. Of het besluit om Koppe opzij te schuiven nog gevolgen heeft voor de eerdere veroordeling van Nuon Chea is onduidelijk.