"Je gaat niet een pyromaan hoofd van de brandweer maken." Zo typeren sommigen de benoeming van Saudi-Arabië als lid van een 45-landen tellende VN-commissie die zich bezighoudt met vrouwenrechten. Maar niet iedereen is op voorhand negatief. Misschien biedt de benoeming ook kansen.
Voor Gert-Jan Segers, fractievoorzitter van de ChristenUnie is het duidelijk. "Bizar. Een land waar vrouwen geen auto mogen rijden. Waar je niet zonder mannelijke begeleiding de deur uit mag. En dat land dan een rol geven in het toezicht op vrouwenrechten, ja dat is echt bizar."
Ook andere Nederlandse politici, zoals PVV-fractievoorzitter Geert Wilders, spreken zich in felle bewoordingen uit over de beslissing de Saudiërs een stem te geven in de VN-vrouwencommissie.
Ook Amnesty International heeft veel kritiek op Saudi-Arabië. "Als het gaat om trouwen, scheiden, erfrecht heb je vrijwel geen rechten, studeren is moeilijk. Je mag geen auto rijden. Dus je mag eigenlijk heel weinig als vrouw", zegt Ruud Bosgraaf van Amnesty.
Toch ziet Bosgraaf ook kansen. "Wij zijn er niet per se op tegen. Buiten die raad heb je ook geen manier om Saudi-Arabië aan te spreken op schendingen van vrouwenrechten. En die schendingen van vrouwenrechten? Ja, die zijn in Saudi-Arabië zeer wijd verbreid."
Emeritus hoogleraar internationaal recht Cees Flinterman heeft zelf in de VN-vrouwencommissie gezeten en weet wat de invloed van de VN kan zijn. "Het wordt gebruikt door vrouwen en vrouwenorganisaties en ook door de Commissie voor de Rechten van de Mens in Saudi-Arabië om beetje bij beetje de positie van vrouwen te verbeteren."
Flinterman betoogt dat de toetreding van Saudi-Arabië tot de commissie vrouwenrechten juist een steun in de rug kan zijn voor de vrouwenbeweging in het land zelf. "Saudische vrouwen kunnen hun werk goed doen en hun strijd voortzetten, als ze weten dat de wereld meekijkt. Als ze weten dat hun strijd wordt gedragen door anderen."
