'Nederland heeft een lange traditie van splinterpartijen'
Met Artikel 1, de nieuwe partij van Sylvana Simons, is Nederland weer een politieke beweging rijker. 81 partijen hebben zich gemeld voor deelname aan de Tweede Kamerverkiezingen op 15 maart. Misschien een record, maar dat hangt af van de vraag of die partijen ook allemaal echt meedoen.
Simons maakte tot gisteren deel uit van de beweging Denk, opgericht door de voormalige PvdA-Kamerleden Kuzu en Öztürk. "Dat betekent dus dat afsplitsingen nu ook weer afsplitsingen krijgen", verzuchtte premier Rutte toen hij het nieuws over Simons hoorde.
Die afsplitsingen zijn niets nieuws in Nederland, zegt hoogleraar staatsrecht Wim Voermans van de Universiteit Leiden. "Nederland heeft een lange traditie van splinterpartijen. Ons land is altijd een land van minderheden geweest, dat was al zo in de zeventiende eeuw. Protestants-christelijke partijen bijvoorbeeld, die hebben veel afsplitsingen gehad."
Het grootste aantal partijen dat zich ooit heeft gemeld voor de Tweede Kamerverkiezingen was 72. Dat was in 2006. Maar eigenlijk was het politieke landschap in 1922 met 53 partijen op het stembiljet nog meer versnipperd, weet Voermans, want toen waren er minder zetels te verdelen in de Tweede Kamer: 100 in plaats van de 150 van nu.
Een reden voor die veelheid aan partijen en kleine fracties in het parlement is de afwezigheid van een kiesdrempel. "Er zijn nauwelijks blokkades om een nieuwe partij op te richten. Dat creëert een bepaalde dynamiek. Er zijn veel partijen in de race voor een zetel."
"Het is ook een periode van grote politieke veranderingen. Wereldwijd, maar hier doen we het op zijn Nederlands. Oude partijen worden ingewisseld voor andere en er zijn veel one-issuepartijen. Echte warenhuisachtige partijen waar je alles kunt kopen, heb je eigenlijk niet meer. Het zijn veel meer webshops geworden."
Nederland is altijd een land van minderheden geweest, dat was al zo in de zeventiende eeuw.
De partijen veranderen, maar de kiezers ook, stelt Voermans. "Moderne kiezers zijn op drift. Ze willen sneller meedenken en meebeslissen. De klikkende kiezer. Die shopt rond en zweeft vaak heel lang. Pas de avond voor de verkiezingen maken ze de balans op. Die groep zwevende kiezers groeit al 30 jaar, maar is nu groter dan ooit."
Het grote aantal partijen is vooral een probleem ná de verkiezingen. "Met veel fracties in de Kamer wordt het maken van combinaties ingewikkeld. Aan de andere kant heeft het kabinet dat de afgelopen jaren ook steeds moeten doen, meerderheden zoeken in het parlement. In het buitenland lachen ze er vaak om hoe we dat hier doen. Coalities maken is vaak een drama, maar het werkt uiteindelijk wel."