Selfies tussen de puinhopen van Aleppo

Het is een opmerkelijk gezicht: mensen met selfiesticks tussen de puinhopen in Aleppo. Dit weekend verschenen foto's van groepjes bezoekers in de oude stad van Aleppo, ooit een grote toeristische trekpleister en nu grotendeels verwoest.

De gedachte aan ramptoerisme komt misschien snel op, maar dat is niet terecht, zegt correspondent Sander van Hoorn. "Het gaat eerder om herinneringen ophalen. Op de plekken waar mensen vroeger koffie dronken, op school zaten, waar hun familie of zijzelf woonden. Maar ook herinneringen aan het cultureel erfgoed van de stad."

Dat mensen daar dan foto's maken, is volgens hem niet zo raar. "Mensen uit West-Aleppo hebben bepaalde delen van de stad jarenlang niet gezien, net als mensen die al vroeg in de oorlog uit Oost-Aleppo zijn gevlucht. Stel je voor dat je ergens al vier jaar lang niet bent geweest. In deze tijd maak je daar dan foto's van."

Hij maakt de vergelijking met Nederland. "Stel je voor dat je in Amsterdam woont, dat daar oorlog is en de Dam is kapotgeschoten. Als dat deel van de stad dan weer wordt vrijgegeven, ga je daar natuurlijk naartoe en neem je foto's."

De plekken in Aleppo waar de foto's zijn gemaakt, zijn in de afgelopen twee weken heroverd. "Er dreigde dus geen gevaar voor de bezoekers. Het leger geeft geen gebieden vrij waar het nog gevaarlijk is", zegt Van Hoorn.

Het selfie-fenomeen is volgens hem niet nieuw. "Ik heb dit al eerder gezien in delen van de stad die heroverd waren, mensen komen dan weer terug. Die herovering is uit te leggen als een bezetting of een bevrijding, voor de mensen die nu terugkeren voelt het vaak als dat laatste."

Uit Oost-Aleppo zijn tot nu toe 12.000 mensen geëvacueerd. De mensen die het stadsdeel verlaten, worden met bussen naar plekken buiten de stad gebracht waar de rebellen het nog voor het zeggen hebben, zeggen de VN en het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten.

Oost-Aleppo is wekenlang belegerd en gebombardeerd door het Syrische leger, met ondersteuning van Rusland en strijdgroepen uit Iran en Libanon. De rebellen zijn er praktisch verslagen, de burgers die er nog zijn, leven onder erbarmelijke omstandigheden. Er is een groot gebrek aan voedsel en medische verzorging.