De Syrische regering wordt opnieuw beschuldigd van het gebruik van chemische wapens. Reddingswerkers en activisten zeggen dat Syrische helikopters een aanval met chloorgas hebben uitgevoerd op een oppositiewijk in Aleppo. Er zou tot nu toe een dode zijn gevallen en er zouden zo'n tachtig gewonden zijn.
"Deze man ruikt naar chloor. Alles ruikt naar chloor", zegt een hulpverlener in een video die de Syrische burgerorganisatie Civil Defence online heeft gezet. Er zijn mensen te zien die worden schoongespoten met water of in het ziekenhuis zuurstofmaskers krijgen opgezet. Het chloorgas veroorzaakt ernstige ademhalingsproblemen.
Of de beschuldigingen kloppen is nog niet duidelijk. De Syrische regering heeft nog niet gereageerd. Maar bij eerdere aantijgingen meldde de regering steevast dat het leger geen chemische wapens inzet. Wel heeft het regime rebellen beschuldigd van het gebruik van gifgas.
Officieel heeft de Syrische regering geen chemische wapens meer in handen. Onder supervisie van de Verenigde Naties en de Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens (OPCW) zijn in 2013 en 2014 de voorraden chemische wapens en bestanddelen ontmanteld.
Desondanks kwamen onderzoekers van de VN en de OPCW eind vorige maand tot de conclusie dat zowel regeringstroepen als IS-strijders bij de burgeroorlog in Syrië gifgas hebben ingezet. In de betreffende aanvallen waren Syrische opstandelingen het doelwit.
Aleppo is al lange tijd het toneel van de bloedige strijd tussen het leger van president Assad en rebellen. Er wordt fel gevochten en de verwoestingen zijn enorm. De strijd in heel Syrië is de afgelopen maanden weer in alle hevigheid opgelaaid, na een kleine adempauze tijdens een bestand begin dit jaar.
Rusland en de Verenigde Staten onderhandelen al weken over een bestand voor Syrië, maar er ligt nog steeds geen akkoord. Als er een staakt-het-vuren wordt bereikt, zou de hulpverlening op gang kunnen komen voor de honderdduizenden Syriërs die door de gevechten geen kant op kunnen.
'Leven in Aleppo een hel'
In een interview met Nieuwsuur omschreef de Syrische journalist Rami Jarrah vorige week de situatie in Aleppo. "Er zijn zo'n tien tot vijftien luchtaanvallen per dag, daarnaast een stuk of vijf, zes vatenbommen. Een vatenbom kan 500 vierkante meter verwoesten. Alle gebouwen worden weggevaagd."
Volgens hem is het leven in Aleppo een hel. "Het is heel normaal dat je erachter komt dat je buurman gisteren is overleden of de winkelier verderop in de straat. Dat een vrouw op straat is doodgeschoten omdat ze te dicht bij de troepen van het regeringsleger kwam", zei Jarrah.