Radovan Karadzic is door het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag veroordeeld tot een gevangenisstraf van 40 jaar. Karadzic was de politiek leider van de Bosnische Serviërs gedurende de oorlog in Bosnië in de jaren 1992-1995.
De rechters rekenden hem vooral als politiek eindverantwoordelijke de genocide in Srebrenica aan. Zoals verwacht heeft Karadzic via zijn advocaat aangekondigd dat hij in beroep gaat tegen de veroordeling.
Te gast in Nieuwsuur is Nena Tromp, lid van het onderzoeksteam van het Joegoslavië-tribunaal.
Moslimbevolking
Karadzic is ook schuldig bevonden aan misdaden tegen de menselijkheid, zoals moord, uitroeiing, het aanjagen van angst, vervolging en deportatie in de burgeroorlog in Bosnië. Ook namen de Bosnische Serviërs onder zijn leiding gijzelaars vast, zoals VN-militairen, die werden ingezet als menselijk schild.
De verklaring van Karadzic dat hij niet op de hoogte was van de misdaden in Srebrenica hield voor het tribunaal geen stand. Volgens de rechters heeft de politieke en militaire leiding van de Bosnische Serviërs het plan bedacht om de moslimbevolking uit Srebrenica te verjagen en uit te roeien. Karadzic deed toen het zover was niets om dat te voorkomen.
Genocide
Nabestaanden die aanwezig waren op de publieke tribune van het tribunaal, reageerden vandaag woedend. Veel 'moeders van Srebrenica' zijn boos omdat ze gehoopt hadden op levenslang. Slachtoffers uit andere plaatsen zijn teleurgesteld omdat hun leed niet is erkend als genocide.
Ook op straat in Sarajevo, de hoofdstad van Bosnië-Herzegovina die tijdens de oorlog jarenlang door Bosnische Serviërs werd belegerd, zijn de mensen niet te spreken over de uitspraak. "Het is schandalig, geen gerechtigheid. Er is nog nooit iets goeds gekomen uit Den Haag."
Nooit helemaal gesloten
"Het is goed om vast te stellen dat de schuldigen hun straf niet ontlopen", zei premier Mark Rutte in een eerste reactie. "Het is helaas wel twintig jaar na dato. Ik denk dat het van belang is om nu vast te stellen dat wij in een wereld leven waarin dit soort verschrikkelijke daden tegen de menselijkheid niet ongestraft blijven."
De premier is er evenwel van overtuigd dat voor heel veel mensen het boek Srebrenica nooit helemaal gesloten zal zijn. Naar aanleiding van nieuwe publicaties besloot het kabinet vorig jaar dat het NIOD opnieuw onderzoek moet doen naar de val van de moslimenclave. "Dat is het minste wat we kunnen doen voor de militairen die daar onder moeilijke omstandigheden hun werk hebben gedaan en voor de mensen die daar geleden hebben", zei Rutte.