Meeste gemeenten hebben nu al hooguit 1 middelbare school
Het is een hard demografisch gegeven: Nederlandse vrouwen zouden 2,1 kind per persoon moeten krijgen om krimp op scholen te voorkomen. Maar al tientallen jaren geleden zakte het gemiddeld kindertal onder dat niveau. Vorig jaar was het gedaald tot 1,71.
Het was dus onvermijdelijk dat na de circa honderd basisscholen die nu jaarlijks al dicht moeten, ook middelbare scholen te maken krijgen met de gevolgen van het sterk dalende aantal leerlingen. Dat heeft als gevolg dat brede middelbare scholen verdwijnen. In Maastricht begint vandaag die verandering: alle middelbare scholieren worden daar de komende tijd op schooltype bij elkaar gezet. Er komt dus één school voor het vmbo, één voor de havo en één voor het vwo.
De komende dertien jaar verliezen zij per school gemiddeld 184 leerlingen, schreef VVD-Kamerlid Straus begin deze zomer in een ‘initiatiefnota’ over de krimpproblematiek. Op kortere termijn krijgt 85 procent van de schoolbesturen met een teruggang te maken. Steden als Heerenveen en Zutphen zien een leerlingendaling van 25 procent op zich afkomen.
Reisafstanden
Zijn al die besturen goed voorbereid op de leegloop? Straus is er niet gerust op en hetzelfde geldt voor haar partijgenoot, staatssecretaris Dekker. “De noodzakelijke samenwerking tussen scholen komt soms niet of te laat tot stand”, schrijft Straus. “Dat scholen of schoolsoorten uit sommige regio’s dreigen te verdwijnen en er voor leerlingen (te) grote reisafstanden dreigen te ontstaan. In 72 procent van de gemeenten is er nu al geen of maar één middelbare school.”
Een school die niet tijdig inspeelt op de nieuwe realiteit, kan al snel in de problemen komen. De financiering door het ministerie van Onderwijs hangt rechtstreeks samen met het aantal leerlingen. Daalt de instroom, dan voel je dat als school dus meteen in de portemonnee. Was er in Maastricht bijvoorbeeld niet stevig ingegrepen, dan dreigde daar een inkomstenderving van 7,5 miljoen euro.
Versplintering
Middelbare scholen hebben in vergelijking met basisscholen nog een extra probleem: er zijn vier profielen en vele keuzepakketten. Meer dan 30 leerlingen in 5 vwo lijkt nog wel veel, maar die leerlingen moeten kunnen kiezen uit vier verschillende profielen, met daarbinnen ook nog eens een eigen pakket voor iedere scholier.
Bij sommige vakken worden de lesgroepen dan al snel te klein om economisch verantwoord te kunnen werken. Op het vmbo is de versplintering nog groter en daarmee ook het risico dat scholen omvallen.
Emoties
In plaats van onderlinge concurrentie, waar decennialang sprake van was, moet er nu worden samengewerkt. Dat is niet altijd even makkelijk en kan tot heftige emoties leiden. Zeker als daardoor bijvoorbeeld het christelijk voortgezet onderwijs uit een gemeente dreigt te verdwijnen.
De VO-raad, die de belangen van de middelbare scholen behartigt, stelt dat er voor staatssecretaris Dekker ook nog werk aan de winkel is. "Scholen zijn heus wel wakker, die weten wat er op ze afkomt", zegt voorzitter Rosenmöller. "De staatssecretaris kan hen nu helpen door allerlei regels te schrappen, zoals de fusietoets, die samenwerking in de praktijk moeilijker maakt."
Doorstroming
Vaak zal die samenwerking neerkomen op het bij elkaar plaatsen van leerlingen van verschillende scholen. De brede scholengemeenschap met verschillende onderwijsniveaus zal met name in veel kleinere plaatsen niet overeind kunnen blijven.
Emeritus hoogleraar onderwijssociologie Jaap Dronkers denkt dat de gevolgen van dat soort ingrepen, zoals in Maastricht, overkomelijk kunnen zijn. Maar alleen als de aparte vmbo-, havo- en vwo-scholen ervoor zorgen dat de doorstroming tussen de verschillende onderwijstypes op gang blijft.
Dronkers: "Het grote belang van die doorstroming, dat was de belangrijkste gedachte achter het ontstaan van de scholengemeenschap. Deze nieuwe scholen zouden moeten proberen onderlinge drempels zo laag mogelijk te houden. Door er bijvoorbeeld voor te zorgen dat je niet opeens wordt geconfronteerd met hele andere leraren en lesmethoden als je overstapt van een havo- naar een vwo-school."