Vrouwen en meisjes in Zuid-Sudan verkracht en levend verbrand

In Zuid-Sudan hebben regeringsmilitairen talrijke vrouwen en meisjes ontvoerd, verkracht en vermoord. Sommigen werden levend verbrand, zeggen ooggetuigen in een rapport van de Verenigde Naties.

Zuid-Sudan werd in 2011 onafhankelijk en sinds eind 2013 woedt er een burgeroorlog. Zo'n twee miljoen mensen, op een bevolking van 12 miljoen, zijn op de vlucht geslagen voor het geweld. Meer dan tienduizend mensen zijn omgekomen.

Voor het VN-rapport werd gesproken met 115 overlevenden en ooggetuigen. De misdaden werden gepleegd tijdens een offensief van het Zuid-Sudanese leger in de noordelijke staat Unity, dat begon in april. Behalve de verkrachtingen en moorden, zijn dorpen geplunderd en platgebrand, staat in het VN-rapport. Zo'n 100.000 mensen in de regio zijn op de vlucht geslagen.

Getuigenissen

Er worden zeker negen gevallen genoemd waarbij vrouwen en meisjes in hun hut levend verbrandden, na te zijn verkracht door meerdere mannen. Ook zijn volgens getuigen vrouwen gedwongen hete kolen vast te houden, om zo getuigenissen af te dwingen over rebellenactiviteiten.

De burgeroorlog brak in december 2013 uit nadat president Salva Kiir zijn voormalige vice-president Riek Machar had beschuldigd van het voorbereiden van een coup. Kiir behoort tot de bevolkingsgroep van de Dinka's, Machar is een Nuer. De burgeroorlog in het land is dan ook sterk etnisch van aard.

Etnische zuiveringen

In december maakten troepen van Machar zich in de zuidelijke stad Bentiu schuldig aan etnische zuiveringen. VN-medewerkers vonden "stapels en stapels" lijken, verklaarde de VN-vertegenwoordiger voor Zuid-Sudan Toby Lanzer. Onlangs werd Lanzer het land uitgezet.

Er zijn al langer pogingen om vrede te bereiken. Afgelopen weekend was er een ontmoeting tussen Kiir en Machar in de Keniaanse hoofdstad Nairobi, maar die leverde niets op.