Jihadproces: tien weken, tien verdachten
Nicole le Fever
Verslaggever
Nicole le Fever
Verslaggever
Drie rechters, twee officieren van justitie, een legertje advocaten en een wisselend aantal verdachten zijn de komende tien weken te vinden in de extra beveiligde Bunker in Amsterdam Osdorp. Daar begint vandaag het proces tegen tien verdachten, die volgens het Openbaar Ministerie een terroristische organisatie vormen met als thuisbasis de Haagse Schilderswijk.
Ze zouden zich schuldig hebben gemaakt aan opruiing, haatzaaien en het ronselen van jongeren voor de gewapende strijd in Syrië en Irak.
Wie staan er terecht?
Hoofdverdachten zijn Azzedine C., Ousama C. en Rudolph H. Grote vissen, aldus Justitie. Volgens het OM vormen ze het hart van een terroristische organisatie.
Drie verdachten staan bij verstek terecht. Anis Z. en Hatim R. bevinden zich in Syrië, waar een derde verdachte, Soufiane Z., naar alle waarschijnlijkheid is omgekomen.
Jordi de J. en Hicham El O. maakten de gang naar Syrië en keerden terug.
Moussa L. verspreidde volgens het OM opruiende teksten. Net als de echtgenote van Azzedine C., Imane B.
Wat staat er in het dossier?
Een aantal van de verdachten kwam in wisselende samenstelling bijeen in een gehuurde kelderbox vlak bij het Haagse Zuiderpark. Om te bidden, te discussiëren over geloof en te luisteren naar predikers die spraken over de oorlog tegen de islam en de droom van een islamitische staat die rechtvaardiger en moreel hoogstaander zou zijn dan de westerse democratieën. Ze verzetten zich tegen de maatschappij waarin ze opgroeiden en leefden. Een samenleving die volgens hen met twee maten meet.
Ze zochten en vonden de publiciteit. Tijdens demonstraties voor de vrijlating van moslims die volgens hen vervolgd werden vanwege hun geloof. Of op bekeringsmissie in christelijke gemeenschappen, zoals in Urk.
Met islamitische vlaggen demonstreerden ze in de Schilderswijk. Hier leidde hun optreden tot onrust en verzet uit de buurt.
Vrijheid van meningsuiting of terroristische organisatie?
De discussie in de rechtbank zal gaan over de vraag of de verdachten bij het verspreiden van hun opvattingen via diverse kanalen gebruikmaakten van de vrijheid van meningsuiting of dat ze zich schuldig maakten aan strafbare feiten.
Bij de drie hoofdverdachten zijn geen wapens aangetroffen of plannen om geweld te gebruiken in Nederland. Ook hebben ze niet deelgenomen aan de strijd in het Midden-Oosten.
Wel verkondigden zij hun gedachtengoed in demonstraties, in interviews en via sociale media. In het openbaar verklaarde een aantal zich voorstander van een kalifaat, en tegenstander van de democratie.
Volgens het Openbaar Ministerie maakten de verdachten zich schuldig aan strafbare feiten. Ze zouden anderen hebben geronseld om deel te nemen aan de gewapende strijd, en aan hebben gezet tot het plegen van misdrijven met terroristisch oogmerk.
Volgens de verdediging maakten ze gebruik van hun democratische rechten door hun opvattingen te uiten. De verdachten doen ondanks hun afkeer van de democratie een beroep op de vrijheid van meningsuiting die iedereen heeft in een democratische rechtstaat.
Hoe sterk is het bewijs?
Voor opruiing kan een celstraf van 5 jaar worden opgelegd; als lidmaatschap van een terroristische organisatie wordt bewezen, kunnen de straffen oplopen tot 15 jaar.
Het is voor het OM niet moeilijk te bewijzen welke ideologie de verdachten aanhangen. Met veel bombarie schreeuwden ze hun gedachtengoed van de daken. Daarbij komen de vele uitingen op sociale media, zoals op de website De Ware Religie, op YouTube, Facebook en Twitter. Ze gaven interviews en enkele verdachten zijn afgeluisterd.
Volgens het OM zetten de hoofdverdachten met hun uitingen aan tot het plegen van misdrijven. Het lijkt erop dat het OM een aantal verdachten die naar Syrië zijn vertrokken om te vechten aan het proces heeft toegevoegd om deze redenering kracht bij te zetten.
Wat staat het OM te doen?
Eerst moet het OM aantonen dat er sprake is van een organisatie met een vaste rolverdeling. Met Azzedine C. als leider, Oussama C. als prediker en Rudolph H. als verspreider van de boodschap, onder meer via de website De Ware Religie.
Vervolgens wil het OM bewijzen dat de verdachten mensen trachtten te ronselen en wilden aanzetten tot het plegen van misdrijven. Diverse ouders hebben bij de politie gemeld dat hun kinderen geronseld zijn door Azzedine C. Direct bewijs daarvoor is er echter niet. De enige getuige die eerder verklaarde door C. geronseld te zijn, heeft zijn getuigenis weer ingetrokken.
Volgens de verdediging gaat het niet om een hechte organisatie maar een groep gelijkgestemden.
Welk risico loopt het Openbaar Ministerie?
Geen of een lage veroordeling zou pijnlijk zijn voor justitie die zwaar op de zaak heeft ingezet. De arrestaties volgden na een langlopend onderzoek en het was lastig voldoende bewijsmateriaal te verzamelen. Inmiddels zitten de hoofdverdachten al ruim een jaar in voorarrest op de terroristenafdeling van de gevangenis in Vught en de Schie in Rotterdam.
Een zware veroordeling moet mensen afschrikken het voorbeeld van de tien te volgen. Het OM wil voorkomen dat meer mensen vertrekken om in het buitenland misdrijven te plegen. En het wil voorkomen dat Nederland met terugkeerders te maken krijgt.
De aanpak heeft ertoe geleid dat de rust in de Schilderswijk is teruggekeerd, maar nog steeds vertrekken maandelijks enkele mensen naar het front.
Hoe verloopt de juridische strijd tegen Syrië-gangers en ronselaars?
Er zijn landelijk zeven extra officieren aangesteld om jihadisme te bestrijden en te vervolgen. Het is de bedoeling om mensen met plannen om af te reizen af te schrikken, en om te voorkomen dat terugkeerders in Nederland gevaar opleveren. Maar in de praktijk blijkt het lastig om bewijs van strafbare feiten rond te krijgen.
Uit de meest recente voortgangsrapportage blijkt dat er op dit moment ruim 95 gewelddadige jihad-gerelateerde strafrechtelijke onderzoeken lopen in Nederland naar circa 145 personen. Over deze lopende onderzoeken doet het OM geen mededelingen.
Van alle strafrechtelijke onderzoeken zijn er sinds 2013 acht mensen voor de rechter geweest. Vijf van hen zijn veroordeeld. Zo werd Syrië-ganger Maher H. veroordeeld tot 3 jaar, maar zijn vrouw die van ronselen werd verdacht, werd vrijgesproken.
Oud Syrië-ganger Mohammed A. kreeg 4 jaar, omdat de rechter bewezen achtte dat hij in Nederland een gewapende overval wilde plegen om zo de strijd in Syrië te financieren.
In twee zaken volgde vrijspraak. Zoals in de zaak tegen twee jonge mannen uit Arnhem die ervan verdacht werden naar Syrië te willen vertrekken. Hoger beroep is inmiddels ingesteld.
Een andere zaak leverde weliswaar een bewezenverklaring op, maar de verdachte werd ontslagen van rechtsvervolging omdat hij door de rechtbank volledig ontoerekeningsvatbaar werd verklaard.