De 14de etappe van de Tour de France is de eerste Pyreneeënrit deze Tour van Pau naar Pla d'Adet.
NOS Wielrennen

Etappe 14: zo opa, zo kleinzoon in eerste Pyreneeënrit?

Met een kenmerkend brede grijns boven zijn gele snelpak meldt Tadej Pogacar zich straks aan de start voor de eerste Pyreneeënrit in deze Tour de France. Op tweederde van de Tour heeft hij een comfortabele voorsprong van ruim een minuut op zijn naaste concurrenten Remco Evenepoel en Jonas Vingegaard.

En toch zal de Sloveense superman zich niet op zijn gemak voelen. Had die marge niet veel groter moeten zijn, na al die aanvallen in de eerste twee weken? Kan hij Jonas Vingegaard bergop nog wel de baas of was de verloren sprint-à-deux in het middengebergte deze week het begin van het einde? En is zijn ploeg bergop nog wel zo sterk, zeker nu met Juan Ayuso een belangrijke pion is weggevallen.

Dit weekend gaat heel veel duidelijk worden met twee kneiters van bergetappes. Zondag wacht een bergrit van bijna 200 kilometer met liefst vijf beklimmingen en aankomst bergop op Plateau de Beille. Maar eerst wacht op zaterdag een Pyreneeënrit van monumentale proporties.

Profiel van de veertiende etappe

De 14de etappe begint in Pau en eindigt 151,9 kilometer later in het skioord Pla d'Adet. Na een relatief vlakke aanloop van een kilometer of 60 wacht de klassieke Col du Tourmalet (19 km à 7,4 procent, buitencategorie), waar traditiegetrouw op de top de premie van de Souvenir Jacques Goddet voor het oprapen ligt.

Daarna volgt de Hourquette d'Ancizan (8,2 km à 5,1 procent, tweede categorie). De slotklim begint in het dorpje Saint-Lary-Soulan en eindigt 10,6 onregelmatige kilometers (gemiddeld 7,9 procent, buitencategorie) later in het skidorp Pla d'Adet.

De slotklim van de buitencategorie is voor de tiende keer sluitstuk van een etappe in de Tour de France. De eerste winnaar was de destijds 38-jarige Raymond Poulidor in 1974. In de eerste haarspeldbocht van de klim staat een gedenkteken voor de in 2019 overleden opa van Mathieu van der Poel.

Een jaar later klom Joop Zoetemelk op de grote plaat naar boven in het wiel van de latere eindwinnaar Bernard Thevenet en poefte in de laatste kilometer brutaal naar de winst.

Glaseter

De snelste beklimming (29.35 minuten) staat nog altijd op naam van de Pool Zenon Jaskula, die in 1993 opeens beter bergop bleek te klimmen dan Tony Rominger en Miguel Indurain. Toch is die ene ritzege (en de derde plaats in het eindklassement) in de Tour niet het wapenfeit waar Jaskula het bekendst om is geworden.

Het eindpodium van de Tour de France van 1993: Tony Rominger (tweede), Miguel Indurain (winnaar) en Zenon Jaskula (derde).

Patrick Lefevere, de vermaarde patron van de ploeg van Remco Evenepoel, vertelde ooit dat hij Jaskula ooit een glas zag omstoten. Uit bijgeloof begon de Poolse ijzervreter vervolgens zijn glas op te eten, tot de laatste scherf aan toe.

De laatste winnaar op Pla d'Adet was ook een Pool trouwens. Tien jaar geleden kwam Rafal Majka in zijn bolletjestrui solo boven.

Een tikje (bij)geloof is niet vreemd in het wielrennen en zeker niet in de Pyreneeën. Kijk maar naar deze bijdrage van Tussen Koers en Kitsch.

Dag van morgen: Hogere Machten in de Pyreneeën

Michael Boogerd geloofde in 2005 ook heilig in de zege, toen hij met ploeggenoten Erik Dekker en Karsten Kroon het tempo aanvoerde van een omvangrijke kopgroep. Een voor een vielen er renners weg, waaronder eerst Dekker en daarna Kroon.

Boogerd hield stand, tot op de slotklim. Maar daar werd een aanval van Pietro Caucchioli (ooit podium in de Giro) en de daaropvolgende counter van Oscar Pereiro (anderhalf jaar later uitgeroepen tot Tourwinnaar, nadat de dopingzaak tegen Floyd Landis afgerond was).

Alleen George Hincapie, die als helper van geletruidrager Lance Armstrong geen meter kopwerk had hoeven doen, kon de Spanjaard volgen en maakte het vervolgens af in Pla d'Adet.

In het spoor van opa

De kans op een Nederlandse opvolger van Zoetemelk lijkt klein, tenzij Wout Poels net als vorig iets speciaals uit zijn mouw kan schudden. Ook Van der Poel zal op zulke lange, steile beklimmingen niet in de voetsporen treden van zijn opa.

Mariano Martinez, opa van Lenny Martinez, was in 1978 de beste op Pla d'Adet en won dat jaar ook het bergklassement.

Als je toch een gokje wil wagen, dan is Lenny Martinez misschien wel de beste optie. Pas 21 jaar en nu al een van de beste klimmers ter wereld, al heeft hij dat bij zijn Tour-debuut nog aardig verborgen weten te houden.

Zijn vader Miguel was wereld- en olympisch kampioen mountainbiken. En zijn opa Mariano - geboren in Burgos, maar genaturaliseerd tot Fransman - won in 1978 de Tour-etappe van Pau naar Pla d'Adet.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl