Ze hadden het zich anders voorgesteld in Zandvoort. Een zomer van nagenieten is een zomer van wachten geworden. De terugkeer van de Formule 1 naar Nederland in 2020 werd door het coronavirus onmogelijk gemaakt, de hoop is gevestigd op 2021 voor een grand prix in de duinen.
Maar voor die grand prix is er publiek nodig, publiek dat geld in het laatje brengt. Er zijn tientallen miljoenen geïnvesteerd, deels om het circuit een flinke opknapbeurt te geven, maar ook om te voldoen aan de zogenaamde entrance fee, geld om überhaupt een Formule 1-race te mogen organiseren.
'We hebben bezoekers nodig'
Dat geld moet voor een groot deel worden terugverdiend met de verkoop van toegangskaarten. Een race in 2020 zonder publiek, dat door de coronamaatregelen niet welkom was, bleek voor de grand prix-organisatie simpelweg niet rendabel.
"We hebben de bezoekers nodig om de investering terug te krijgen", zegt circuit-directeur Robert van Overdijk.
Bekijk hieronder in het videocarrousel de interviews met Van Overdijk en Jan Lammers:
Aan een scenario dat er ook volgend jaar geen publiek welkom is, wil hij nog niet denken. "Het heeft voor ons geen zin te speculeren."
"We houden ons eraan vast dat we op de kalender staan de komende drie jaar. We hebben trouwe sponsoren en enorme schare fans voor die jaren. Het is spannend, maar we wachten rustig af."
Autosportfederatie FIA presenteert de kalender voor het nieuwe seizoen pas in het najaar, verwacht wordt dat Zandvoort opnieuw begint mei een plekje krijgt.
Jan Lammers, oud-coureur en sportief directeur van de Nederlandse Grand Prix, houdt ook rekening met een scenario dat de Formule 1 zijn woonplaats pas later in het jaar aandoet.
"De race is een familiefeest, dat wil je nog steeds. Als dat in mei nog niet zou kunnen, kunnen we een race zonder publiek overwegen, maar daar wil je niet over nadenken. Als het later in het jaar wel kan, moet je daar over nadenken."
Maar als er in het najaar van 2021 ook geen publiek in de duinen kan zitten? Lammers: "We moeten positief blijven. Op dit moment is het te voorbarig daarnaar te kijken."