Er wordt dit jaar toch een WK wielrennen georganiseerd, al is de locatie nog niet bekend. Voorzitter David Lappartient van de internationale wielrenunie UCI bevestigde het nieuws in Nice, waar zaterdag de Tour de France start.
"Het gaat door, er is een aantal kandidaten in Europa. Meer kan ik nu niet zeggen", zei Lappartient, die wel vermoedt dat er sprake zal zijn van een beperkt programma. De voorbereidingstijd is volgens de Fransman te kort om alle categorieën te kunnen organiseren.
De WK zouden aanvankelijk vanaf 20 september in Zwitserland plaatsvinden, maar de lokale beperkingen rond het coronavirus maakten dat onmogelijk. "De datum blijft hetzelfde", liet Lappartient weten.
Het Italiaanse Toscane toonde vervolgens interesse het evenement over te nemen en ook Nederland zou in beeld zijn. Het is onduidelijk wanneer hier een beslissing over wordt genomen.
'Wonder nodig om Parijs te halen'
Ondertussen beseft Lappartient dat het een zwaar karwei wordt om de Tour in zijn geheel te kunnen voltooien. "Het is al een wonder dat we nu hier staan en het tweede wonder is als we Parijs halen. Maar ik geloof in twee wonderen", hield de Fransman de moed erin.
"Ik denk we dat we het gaan halen, omdat alle teams zich van de ernst bewust zijn. Alle neuzen staan dezelfde kant op."
Terugkeer Tour Feminin?
Lappartient toonde zich ook een pleitbezorger van het vrouwenwielrennen. Tourorganisator ASO gaf eerder al aan van plan te zijn in 2022 een meerdaagse koers voor vrouwen te willen organiseren, de opvolger van de Tour Feminin die onder de naam La Grande Boucle Féminin in 2009 voor het laatst werd gehouden.
"Ik ben dat enorm aan het pushen, zoals ik ook de komst van Parijs-Roubaix voor vrouwen dit jaar heb gestimuleerd. Het vrouwenwielrennen groeit: er komen meer teams, er is meer interesse en tv-aandacht en het niveau stijgt. Zo'n wedstrijd levert daar ook een grote bijdrage aan."
In 2022 moeten er vijftien WorldTourteams zijn voor vrouwen, nu zijn dat er nog acht. Het is verder de bedoeling dat in 2023 het minimumsalaris voor de rensters is opgetrokken naar het niveau van de mannen (nu 37.000 euro per jaar).
"Ik schrok toen ik in 2017 voorzitter van de UCI werd en zag hoe onderbetaald de vrouwen werden ten opzichte van de mannen. Dat willen we over twee jaar gelijkgetrokken hebben."
