Het gerechtshof in Amsterdam heeft journalisten verboden de naam van de advocaat-generaal te noemen in het hoger beroep van de moord op de broer van kroongetuige Nabil B. De advocaat-generaal is de aanklager in hoger beroep. Ook is aan de pers gevraagd om terughoudend te zijn met het publiceren van de namen van de raadsheren.
Nabil B. heeft belastende verklaringen afgelegd tegen de voortvluchtige crimineel Ridouan Taghi. Die wordt gezien als opdrachtgever van de moord op de onschuldige broer.
De liquidatie van advocaat Derk Wiersum in september is zo goed als zeker de directe aanleiding voor de maatregelen van het hof. De advocaat van Nabil B. werd in september doodgeschoten voor zijn huis in Amsterdam.
Taghi wordt ook gezien als opdrachtgever voor die moord. Na de liquidatie van Wiersum zijn tientallen rechters en officieren van justitie extra beveiligd.
Zaak in De Bunker
De zaak in het hoger beroep zou aanvankelijk op de normale locatie van het gerechtshof zijn, maar is verplaatst naar de extra beveiligde rechtbank in Amsterdam-Osdorp. Die staat ook wel bekend als De Bunker.
Nabestaanden van de broer volgen de zaak op een andere locatie, via een videoverbinding. Ook worden ze niet met hun naam aangeduid, maar met een nummer.
Eerder was al bekend dat media geen beeldopnames mogen maken van de zitting. Ook de rechtbanktekenaar mag niet in de zaal zitten, zij is verbannen naar de publieke tribune.
Iedereen die betrokken is bij deze zaak weet precies om wie het gaat.
"De advocaten in deze zaak vragen zich af: waarom worden onze namen dan wel genoemd?", zegt verslaggever Mattijs van de Wiel. "De maatregelen kwamen voor hen als een verrassing."
"De advocaat van de nabestaanden had het tegen mij over een kramp, een verkeerd signaal en een teken van angst. De vraag die hier rondgaat, is hoe effectief dit soort maatregelen zijn als je bijvoorbeeld officieren van justitie wil beschermen. Iedereen die betrokken is bij deze zaak weet precies om wie het gaat."
Thomas Bruning van de Nederlandse Vereniging voor Journalisten (NVJ) noemt de maatregelen van het hof onnodig: "Het is het zoveelste signaal in een reeks waarin rechters ernaar neigen om het licht uit te doen bij iets wat openbaar moet zijn. We snappen heel goed dat veiligheid belangrijk is na wat met Wiersum is gebeurd, maar we moeten niet naar een samenleving waarin rechters en OM anoniem optreden in dit soort zaken, dan geef je echt een verkeerd signaal."
De NVJ wil dat met het Genootschap van Hoofdredacteuren op hoog niveau aankaarten bij de rechterlijke macht. "Waar wij bang voor zijn, is dat journalisten straks als enigen nog zichtbaar zijn bij rechtszaken, waardoor steeds meer het vizier naar hen wordt verplaatst," zegt Bruning.
Opdrachtgevers blijven onbekend
Het hoger beroep van vandaag draait om de liquidatie van de broer van Nabil B. Verdachte is Shurandy S., die eerder door de rechtbank tot twintig jaar cel werd veroordeeld.
Volgens de rechtbank werd de moord op bestelling uitgevoerd. S. gaf toe dat hij de schutter was, maar zei niet te weten wie hij doodschoot. Bij de rechtbank weigerde hij zijn opdrachtgevers te noemen en ook vandaag heeft hij te kennen gegeven daar niets over te willen zeggen.
'Slapen'
In onderschepte berichtjes kondigde Taghi aan dat hij de hele familie van de kroongetuige zou laten "slapen" als die zijn naam had genoemd. De broer werd een week na het bekendmaken van de kroongetuigedeal van Nabil B. om het leven gebracht.
Kort na de moord op advocaat Derk Wiersum werden pers en publiek geweerd van een zitting in een ander proces, Marengo genaamd. Dat was volgens de rechtbank nodig om de veiligheid te garanderen.
Die zaak draait om de volgens justitie "goed geoliede moordorganisatie" van Taghi en zijn eveneens gezochte kompaan Said Razzouki. Zestien mensen worden verdacht van vijf liquidaties en vier pogingen daartoe.