Zonderland kijkt ogen uit in WK-finale: 'Wat een geweld, hè?'
Epke Zonderland - zélfs Epke Zonderland - keek zijn ogen uit in de landenfinale op de WK turnen. De rekstokspecialist eindigde daarin met Casimir Schmidt, Bart Deurloo, Frank Rijken en Bram Louwije als achtste.
Zonderland is inmiddels 32 jaar, won al eens olympisch goud en werd tweemaal wereldkampioen, maar de landenfinale was voor hem "bijzonder". Het was tenslotte ook de allereerste keer dat een mannenteam überhaupt in de eindstrijd stond. Zonderland en zijn collega's beleefden zodoende een historische dag. "Wat een geweld van die andere landen, hè? Wat voor scores die allemaal neerzetten."
Positief
Nederland legde het op dat vlak logischerwijs af, maar Zonderland straalde bijna van trots. "Hoe wij het vooral het eerste stuk deden: echt petje af. Helaas kwamen op het einde wel wat fouten erbij, maar dat gebeurde bij iedereen."
Zelfs die foutjes boog Zonderland om naar iets positiefs. "Die kwamen niet allemaal door vermoeidheid. Eentje misschien, de rest, dat waren inschattingsfoutjes."
Hij wil er maar mee zeggen: daar ligt ruimte voor verbetering, richting het gedroomde olympische ticket voor Tokio 2020. "Een paar fouten kunnen er uit worden getraind. Daar geloof ik wel in. Ik denk dat wij er een paar puntjes bij op kunnen tellen en als dat lukt blijft de top-12 mogelijk."
Ook Deurloo heeft vertrouwen dat de Spelen gehaald kunnen worden. "Als we dezelfde lijn aanhouden, dan gaat het denk ik helemaal goed komen. We zijn nu top-acht, je moet volgend jaar bij de beste twaalf eindigen... ik denk dat dat niet zo'n probleem moet zijn."
'Kneitergoed in turnen'
Tot die tijd koestert het vijftal de zoete herinneringen aan Doha. "Ik was niet zo zenuwachtig, wat ik normaal wel ben voor zo'n groot toernooi", aldus Schmidt. "Maar uiteindelijk heb je al die grote namen naast je, dan komen die zenuwen toch wel."
Al die wereldtoppers maakten uiteindelijk veel indruk op Schmidt. "Het zijn mensen waar je heel erg naar opkijkt, ze zijn gewoon kneitergoed in turnen. Die zie je altijd op tv, YouTube of Instagram. En uiteindelijk turn je daar gewoon een wedstrijd tegen. Dat is niet te beschrijven, eigenlijk."
