WK turnen komt voor Thorsdottir net te vroeg na pechjaar
In het voorjaar van 2017 lachte het turnleven Eythora Thorsdottir toe. Tijdens de EK won ze zilver op balk en brons op vloer. Een doorbraak voor de toen 18-jarige gymnaste, die zich met haar negende plaats op de Olympische Spelen van Rio de Janeiro al de beste olympische meerkampster uit Nederland ooit mocht noemen.
Anno 2018 ziet Thorsdottir de keerzijde van de turnmedaille. Een pechjaar vol blessures, die haar de EK én de WK kosten. In november hoopt ze terug te keren in de wedstrijdarena.
Aanvankelijk leek de turnster met IJslandse ouders op tijd fit voor de grote toernooien. Blessures aan rug en voet waren net op tijd verholpen. Maar eind juli, vlak voor het vertrek naar de Europese kampioenschappen in Glasgow, ging het opnieuw mis.
"Het was de laatste training", aldus Thorsdottir. "En die staat binnen het turnen wel bekend als een spannende training, omdat er altijd nog wat kan gebeuren. Iedereen wil toch fit dat vliegtuig in."
Thorsdottir: "Op vloer wilde ik een drievoudige schroef doen, maar het lukte steeds niet om 'm goed neer te zetten. Ik had veel te veel vaart. En wat denkt Eythora dan: ik ga nóg harder afzetten en proberen die drievoudige schroef te doen."
Thorsdottir: "Toen vloog ik van de vloer af en belandde mijn hand op de rand van de vloer. Het lukte opeens niet meer om in mijn hand te knijpen. We dachten eerst dat het gewoon een kneuzing was, maar in het ziekenhuis bleek dat er twee breukjes in zaten."
Door een actie, die ze zelf omschrijft als 'ongelukkig en misschien ook niet zo slim', vielen de EK-ambities van Eythora Thorsdottir in duigen. "Dan stort je wereld wel heel eventjes in. Ik heb toen wel flink gehuild."
"Je denkt: waarom moet mij dit nou overkomen? Maar daar maak je het niet beter op. Je moet het nemen zoals het is. De volgende dag was ik alweer fris en fruitig om door te gaan en het herstelproces in te zetten."
Als ik naar een WK ga, wil ik er ook wel op een bepaald niveau staan. En daar ben ik nog niet.
Thorsdottir had stille hoop dat ze de WK, ruim twee maanden na de Europese titelstrijd in Glasgow, zou kunnen halen. "Maar in mijn achterhoofd wist ik wel dat het wat snel zou zijn."
In overleg met bondscoach Gerben Wiersma koos ze ervoor de WK te laten schieten, om drie weken daarna haar comeback te maken bij een internationale wedstrijd van iets minder statuur. Een weloverwogen besluit.
"Als ik naar een WK ga, wil ik er ook wel op een bepaald niveau staan. En daar ben ik nog niet. Stel dat er drie geblesseerden zouden zijn, dan zou ik best kunnen invliegen voor een basisprogramma. Maar zo presenteer ik mijzelf liever niet."
Thorsdottir: "Het gaat dan niet zozeer om mijn reputatie, maar om mijzelf. Wat ik mijzelf waard vind. Dan kan ik beter zo'n klein wedstrijdje doen, een paar weken na de WK, om even te laten zien dat ik er weer ben. Al is het nog niet op WK-niveau."
Dat niveau hoopt Thorsdottir te tonen in het belangrijke turnjaar 2019, als er olympische startbewijzen te verdienen zijn. "Dus er is niets aan de hand, ik heb nog genoeg tijd om het allemaal in te halen."
De meerkampster is er ook van overtuigd dat de tegenslag van 2018 haar weerbaarder heeft gemaakt. "Het bouwt karakter. Als het altijd maar even makkelijk gaat en je alles naar je toegeschoven krijgt, dan ben je niet zo sterk als dingen misgaan."