Inflatie in Europa daalt, Europese Centrale Bank verlaagt rente verder
De Europese Centrale Bank verlaagt opnieuw de rente, van 3,25 naar 3 procent. Het is de vierde keer dit jaar dat de rente omlaag gaat. De centrale bank doet dat omdat de prijsstijgingen in de eurozone onder controle komen.
Vorig jaar besloot de ECB de rente te verhogen naar een recordhoogte van 4 procent. Dat was nodig om de hoge inflatie door de gestegen energieprijzen te beteugelen. Door een hoge rente is het duurder om te lenen, waardoor de economie kan afkoelen en er een einde kan komen aan de prijsverhogingen.
In Nederland blijft de inflatie een stuk hoger dan in de rest van de eurozone. In november was de inflatie hier 3,8 procent, terwijl het gemiddelde in de eurozone op 2,4 procent ligt. Voor de eurozone is een lagere ECB-rente gunstig. Voor eurolanden met een hoge inflatie, zoals Nederland, helpt de renteverlaging een stuk minder mee.
De ECB heeft de prognoses voor de economische groei voor de komende jaren iets afgezwakt. Volgend jaar groeit de economie met 1,1 procent, in oktober ging de ECB nog uit van een groei van 1,3 procent. Voor 2026 en 2027 zijn de groeiverwachtingen respectievelijk 1,4 en 1,3 procent.
De inflatie in de eurozone zal de komende jaren verder dalen, verwacht de ECB. Volgend jaar zal de inflatie 2,1 procent zijn en dat is dicht bij het doel van de centrale bank: een inflatie van 2 procent. In 2026 is dat 1,9 procent en in 2027 2,1 procent.
Sinds juni dit jaar wordt de rente door de ECB telkens iets teruggeschroefd, omdat de prijsstijgingen steeds verder onder controle zijn.
Er blijven wel zorgen over de Europese economie: zo heeft de maakindustrie het lastig. Automakers willen fabrieken sluiten en duizenden medewerkers ontslaan. Daarnaast krijgt Europa steeds meer concurrentie van Amerikaanse en Chinese producten.