Duitse FDP-minister stapt uit eigen partij om aan te blijven in coalitie
De Duitse minister van Verkeer, Volker Wissing, heeft besloten zijn FDP-partij te verlaten, om zo aan te blijven als minister. Eigenlijk zou hij samen met alle andere ministers van de partij vertrekken, omdat de FDP gisteravond uit de regering stapte.
Het besluit van de FDP volgde op het ontslag van partijleider Lindner als minister van Financiën, eerder op de avond.
Bondskanselier Scholz ontsloeg hem omdat hij geen vertrouwen meer in hem had:
Volgens verkeersminister Wissing werd hij door Scholz daarna gevraagd om alsnog aan te blijven. Daartoe is hij bereid, zegt hij tegen de Duitse omroep ARD. Omdat hij zijn partij niet in de problemen wil brengen, heeft hij besloten om uit de FDP te stappen.
Wissing gaat onafhankelijk verder. "Ik neem geen afstand van de fundamentele waarden van mijn partij en wil me niet aansluiten bij een andere partij", zegt hij. In het verleden zei Wissing al eens dat hij hoopte op een meer constructieve samenwerking tussen de coalitiepartijen.
Stoplichtcoalitie
Het ontslag van Lindner als minister van Financiën en de daaropvolgende terugtrekking van de FDP volgde op crisisoverleg tussen de drie partijen in de 'stoplichtcoalitie', bestaande uit de sociaaldemocratische SPD, de liberale FDP en de Groenen.
Een uitgelekt stuk had de verhoudingen tussen de partijen op scherp gezet. Daarin stond dat FDP-minister Lindner onder meer de 'solidariteitsbijdrage' die grootverdieners betalen wilde afschaffen, evenals subsidies om te verduurzamen. De SPD en de Groenen zijn daar fel op tegen.
Minister Lindner van Financiën haalt flink uit naar Scholz na zijn ontslag:
De opvolger van Lindner als minister van Financiën is inmiddels bekend. Het is Jörg Kukies. Hij is namens Scholz' partij SPD nu nog staatssecretaris en plaatsvervangend minister van Financiën.
Verkiezingen
Scholz wil in januari het Duitse parlement de zogenoemde vertrouwensvraag voorleggen. Dan moet de Bondsdag beslissen of er nog voldoende vertrouwen is in zijn minderheidsregering. Als dat er niet is, kunnen er in maart verkiezingen plaatsvinden. Eigenlijk stonden die gepland over een jaar.
Oppositieleider Friedrich Merz van de CDU wil niet wachten tot januari. Hij wil dat er onmiddellijk over het vertrouwen in de regering gestemd wordt. Van hem moet dat uiterlijk volgende week gebeuren. Merz zou dan in de tweede helft van januari verkiezingen willen.
"We kunnen het ons gewoonweg niet veroorloven om enkele maanden een minderheidsregering te hebben, gevolgd door een verkiezingscampagne van nog eens enkele maanden en dan mogelijk nog enkele weken coalitieonderhandelingen," zei hij.