Honderden kortgestraften volgend jaar toch naar gevangenis ondanks cellentekort
Vanaf begin volgend jaar zijn er veertig cellen beschikbaar voor kortgestraften die zichzelf bij de gevangenis moeten melden. Het gaat om mensen die een straf uit moeten zitten tot twee weken.
Volgens staatssecretaris Coenradie van Justitie en Veiligheid kunnen daardoor per jaar enkele honderden "en in het meest gunstige geval duizend" mensen met een korte straf die straf gaan uitzitten. "Ik blijf keihard doorwerken om meer capaciteit te genereren", zegt Coenradie. "We zijn er nog lang niet."
Er is een structureel gebrek aan gevangenispersoneel en daarom kunnen niet alle veroordeelden geplaatst worden in een zogenoemde penitentiaire inrichting.
Voor de kortgestraften geldt dat zij een "versoberd dagprogramma" krijgen waardoor er minder personeel nodig is. Er zijn op dit moment 3445 zelfmelders in Nederland, waarvan de helft een straf van minder dan twee weken opgelegd heeft gekregen.
Coenradie is ook op zoek naar onorthodoxe oplossingen. Zij ging donderdag naar Estland om te onderzoeken of daar een paar honderd gevangenen naar overgeplaatst kunnen worden. De gevangenis staat in de Tartu, de tweede stad van het land, op zo'n 1500 kilometer van Nederland.
Details zijn nog niet uitgewerkt. Zo is nog niet duidelijk of Estland juridisch gezien wel echt cellencapaciteit kan aanbieden aan Nederlandse gevangenen. Er zou bijvoorbeeld geregeld moeten worden dat in de gevangenis het Nederlands recht geldt.
Enkelband
Het tekort aan cellen in Nederlandse gevangenissen is al langer een probleem. Het vorige kabinet had al een aantal maatregelen genomen, zoals het eerder naar huis sturen van sommige veroordeelden met een enkelband. Daarnaast werden sommige zogenoemde zelfmelders niet meer opgeroepen. Dat betekende dat ze zich niet meer bij de gevangenis hoefden te melden.
Op aandringen van de Tweede Kamer kondigde de toenmalige minister Weerwind aan dat zelfmelders met de langste straffen toch een oproep zouden krijgen.