Harrie Lavreysen na het goud op de keirin
NOS Wielrennen

Wat maakt Lavreysen zo goed? 'Soepele spierbundel die niet nerveus te krijgen is'

  • Anne van Eijk

    volgt in Parijs de Olympische Spelen

  • Anne van Eijk

    volgt in Parijs de Olympische Spelen

Wat maakt Harrie Lavreysen zo goed? Het baanwielrenfenomeen voltooide zondag met goud op de keirin niet alleen zijn befaamde hattrick, hij mag zich met een totaal van vijf gouden medailles ook de succesvolste Nederlandse (zomer)olympiër ooit noemen.

"Ongelooflijk knap", noemt voormalig wielrenster Kirsten Wild, negenvoudig wereldkampioen op de baan, de prestatie van Lavreysen. "Ik weet uit ervaring hoe moeilijk het is om je elke keer weer op te laden, er te staan en de beste te willen zijn."

Ook Theo Bos, voormalig baanwielrenner en tegenwoordig bondscoach van China, heeft louter superlatieven voor Lavreysen. "Dat iemand uit een kleiner land, met minder middelen dit presteert, is superknap."

Bos kan zich het moment dat Lavreysen bij de baanploeg kwam nog goed herinneren. "Toen was hij eigenlijk nog niet heel goed. Hij kwam van het BMX, dus alles op de baan was nieuw voor hem. Maar we zagen al wel dat hij heel sterk was. Hij had heel veel kracht in zijn benen."

"Een goed genenpakket", noemt Wild het. Maar dat alleen maakt nog geen vijfvoudig olympisch kampioen. Volgens Bos beweegt Lavreysen ondanks de spiermassa die hij meedraagt ook nog eens soepel. "Dat heeft hij overgehouden aan zijn BMX-verleden. Hij beweegt bijna als een wegwielrenner, kan makkelijk draaien."

Daarnaast noemt zowel Bos als Wild de olympisch kampioen op de teamsprint, sprint en keirin een koele kikker. Bos: "Ook als hij af en toe een keer verliest, raakt hij niet in paniek. Hij blijft zijn trainingsplan en wedstrijdplan uitvoeren, houdt daar vertrouwen in." Ook met de druk van de buitenwereld, die veel van hem verwacht, krijg je hem volgens Bos niet nerveus.

Minutieuze voorbereiding

Ook tijdens deze Spelen was het plan van Lavreysen heilig. "Hij zat bijna in een groterondemodus", vertelt Bos. "Hij moest zeven dagen fietsen, maar had dat allemaal heel goed uitgedacht. Af en toe kon hij even in spaarmodus, als hij niet volle bak hoefde te gaan om een ronde verder te komen. Hij heeft zijn plan tot in de perfectie uitgevoerd."

Lavreysen dendert op de finish af

Lavreysen bereidt zijn races minutieus voor. "Hij werkt zijn dagen tot op de seconde nauwkeurig uit", weet Wild. "Hij weet alles van zijn tegenstanders én hij geniet ervan."

Dat plezier houden in de sport is een van de geheimen van het succes, denkt Bos. "Deze olympische week is natuurlijk fantastisch, maar je hebt straks ook weer weken waarin je voor de zoveelste keer dezelfde training afwerkt, tegen dezelfde mensen aankijkt. Dat kan geestdodend zijn, je kan daardoor in een sleur komen."

"Ik ken wel renners die daar last van hebben, die het fietsen dan even wat minder leuk gaan vinden. Maar Harrie niet. Hij gaat altijd met plezier naar zijn werk. Daar is lastig tegenop te boksen door tegenstanders die er misschien net wat minder lol in hebben."

Gelukshoedjes

En misschien heeft een extra ritje van de ouders van Lavreysen terug naar de camping ook nog wel bijgedragen aan het succes van de baanwielrenner. "We hebben altijd dezelfde hoedjes op, we denken dat die geluk brengen", vertelt vader Lavreysen met een oranje hoed op de tribune.

Moeder en vader Lavreysen met de gelukshoedjes

Maar zondag, op de dag waarop Lavreysen opging voor zijn derde olympische titel in Parijs, waren zijn ouders de gelukshoedjes vergeten. "Je bent dan zo gestrest. We zaten al in de auto toen we erachter kwamen. Dus we moesten terugrijden, maar waren gelukkig nog wel op tijd hier."

Op tijd om hun zoon goud te zien winnen. Wéér goud. Voor hem geen hoedje, maar een kroon.

Advertentie via Ster.nl