UMC onderzoekt werken op de operatiekamer: 'Beroepsgroep met meeste stress'
Het Amsterdam UMC gaat een groot Europees onderzoek leiden naar stress op de operatiekamer. Zorgverleners die betrokken zijn bij chirurgische ingrepen ervaren meer stress en krijgen daardoor vaker een burn-out dan andere beroepsgroepen. Meer dan de helft van de zorgverleners heeft symptomen van een burn-out, zegt het medisch centrum.
Volgens onderzoeksleider Marlies Schijven is er een enorme druk op onder meer chirurgen, anesthesiologen, verpleegkundigen en assistenten op de operatiekamer. Veel van hen stoppen door de druk, waardoor er een groot tekort is aan zorgpersoneel. Juist daarom focust het onderzoek zich op die zorgverleners. "De operatiekamer is de motor van het ziekenhuis. Als het niet goed gaat met de mensen die daar werken, moet je operaties uitstellen en dat wil je niet", zegt Schijven.
Het onderzoek wordt gefinancierd door de Europese Commissie en heeft als doel om erachter te komen welke stressverlagende methoden het best werken voor zorgverleners. Daarom richt de groep zich eerst op hoe verschillende mensen stress ervaren en daarop reageren.
Oplossing op maat
Nadat in kaart is gebracht hoe stress door mensen verschillend ervaren kan worden, wordt onderzocht hoe die verschillende stresstypen aangepakt kunnen worden. "We weten bijvoorbeeld dat sporten kan helpen of naar muziek luisteren. En we willen vooral kijken naar wat werkt voor welk type mens. Misschien hou je er niet van, maar word jij rustig van luisteren naar Bach. Dat soort dingen willen we uitzoeken", legt Schijven uit in het NOS Radio 1 Journaal.
Die stresstypen en de bijpassende stressverlagende methodes zullen op een website gezet worden, die beschikbaar wordt voor ziekenhuizen en zorgverleners uit de elf deelnemende Europese landen.