Mentale gezondheid meisjes wordt wereldwijd slechter, blijkt uit nieuw onderzoek
Bauke Haanstra
Bauke Haanstra
Het gaat slecht met de mentale gezondheid van meisjes wereldwijd. Veel meisjes hebben last van onder meer slapeloosheid, hoofdpijn en depressiviteit, blijkt uit een grootschalig onderzoek onder 11- tot 16-jarigen van onder meer de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).
In de landen die aan het onderzoek meededen is het aantal meisjes dat meer dan één keer per week last heeft van psychosomatische klachten vanaf 2017 met 13 procent gestegen tot 56 procent in 2022. Psychosomatische klachten zijn bijvoorbeeld buikpijn, slaapproblemen en neerslachtigheid. Ze hebben bijna altijd een psychische oorzaak.
Volgens de Nederlandse hoofdonderzoeker Gonneke Stevens, hoogleraar Jongerenwelzijn aan de Universiteit Utrecht, is het in Nederland ook slecht gesteld met de mentale gezondheid van meisjes, maar nog niet zo slecht als in het buitenland. "Bij ons steeg het aantal meisjes met psychosomatische klachten tot 50 procent, dat is 18 procentpunt meer dan in 2017."
Sociale relaties
Belangrijke oorzaken zijn volgens Stevens de druk die meisjes ervaren door schoolwerk en de gevolgen van de coronacrisis. "Tijdens de coronacrisis konden meisjes elkaar veel minder fysiek zien terwijl ze hier wel behoefte aan hebben, meer dan jongens. De hoge piek die we tijdens corona zagen is daarna nog niet gedaald." Bij jongens is ook een stijging van klachten te zien, maar deze is veel kleiner. 28 procent van de tienerjongens had in 2022 last van psychosomatische klachten, dat is 7 procentpunt meer dan in 2017.
De wetenschapper komt ook met aanbevelingen voor jongeren die mentaal in de knoop zitten: "Positieve sociale relaties aangaan en onderhouden is echt een goede basis. Dat kan met ouders, vrienden of klasgenoten zijn. Het is ook belangrijk om te praten over mentale gezondheid."
Volgens Stevens zijn Nederlandse jongeren al best goed in het aangaan van dat soort contacten. "Dat is waarom het bij ons iets minder slecht gaat dan in het buitenland."
Roze olifant
Het Museum van de Geest is een plek waar jongeren die sociale relaties aan kunnen gaan. Het museum, gevestigd in Haarlem en Amsterdam, probeert via kunst mentale gezondheid bespreekbaar te maken. "We hebben een speciale kunstroute voor jongeren in het museum", legt programmadirecteur Jessica Belles uit. In de route staat bijvoorbeeld een metershoog schilderij van een roze olifant: "Mentale gezondheid is toch vaak de roze olifant in het gesprek die niet wordt besproken."
De roze olifant in het museum als symbool voor het niet bespreken van mentale gezondheid:
In het museum doet de 15-jarige Leia vrijwilligerswerk. Ze liep recent vast en probeert op deze manier te re-integreren in de samenleving. "Ik kreeg last van paniek- en angstaanvallen. Binnenkort kan ik hopelijk hulp krijgen van een psycholoog."
Leia kan verschillende dingen doen in het museum, zo helpt ze bij de balie en maakt ze af en toe ook foto's voor het museum. "Ik wil later misschien wel wat met fotografie doen, dus dat is leuk om hier te oefenen."
Leia ziet zelf ook dat ze niet de enige is die last heeft van mentale klachten: "Op TikTok kom ik heel veel meiden tegen die superdepressief zijn." Ze is erg blij met wat het museum haar brengt. "Op deze manier zie ik ten minste nog iemand anders dan alleen mijn ouders."
Het Museum van de Geest biedt lespakketten voor middelbare scholen over mentale gezondheid. Ook het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (NCJ) ontwikkelde zo'n programma, genaamd Je Brein de Baas?!. Dat programma werd door bijna 5000 scholen gedownload. "Leerlingen hebben zelf meegedacht met het opzetten, ze zijn blij dat we hen serieus nemen", zegt projectcoördinator Mark Weghorst van het NCJ.
Intensief socialemediagebruik
Volgens hoofdonderzoeker Stevens gaan er ook veel dingen écht goed bij Nederlandse jongeren. Internationaal scoren zij het laagst op problematisch socialemediagebruik. "Sociale media worden wel intensief gebruikt door Nederlandse tieners, maar we zien nog weinig jongeren met een verslaving."
Stevens is ondanks het slechte internationale beeld vrij optimistisch: "Er zit echt een kracht in onze Nederlandse jeugd. Die sterke sociale relaties en vertrouwensbanden zijn daar een goed voorbeeld van." Er blijft wel een serieuze opdracht liggen om aan de mentale gezondheid van meisjes te werken, volgens Stevens: "Voor Nederland, maar ook voor heel Europa."