'Profrenner zijn zit er nog niet in' voor Van der Hoorn na val in Vlaanderen
Hij is onmiskenbaar op de weg terug, maar de zware hersenschudding die Taco van der Hoorn vorig jaar opliep bij een valpartij in de Ronde van Vlaanderen houdt hem nog altijd uit het peloton.
"Het gaat beter, maar nog niet goed", vertelde de renner van Intermarché-Wanty in Langs de Lijn En Omstreken. "Het dagelijks leven gaat goed, dat zijn fijne dingen. Maar profwielrenner zijn zit er nog even niet in."
Van der Hoorn had vorig jaar april snode plannen toen hij aan de start stond van de befaamde klassieker in België. Om zijn inhoud te vergroten had hij het huis in Wageningen dat hij deelde met Jan-Willem van Schip zelfs verruild voor een optrekje in Andorra.
Stomme val
Met ambitie begon hij aan de Ronde: op zijn minst wilde hij net als een jaar eerder mee in de kopgroep en als een van de eersten over de kasseien van de Oude Kwaremont stuiteren.
Maar na nog geen 100 kilometer koers ging hij hard onderuit en zat het erop voor die dag.
"Het was een vrij stomme val", blikt Van der Hoorn terug. "Ik kwam klem te zitten in het peloton en probeerde een stoep op te springen om wat ruimte te creëren, maar ik bleef haken. Ik raakte met mijn hoofd, net onder mijn helm, de stoeprand."
De zware hersenschudding die hij daar opliep, houdt hem tot op de dag van vandaag uit het strijdgewoel. Het herstel van de 30-jarige Van der Hoorn vordert weliswaar gestaag, maar het is onduidelijk hoelang zijn rentree nog op zich zal laten wachten.
"Ik heb nog steeds last van die hersenschudding. Al tien maanden, dat is ontzettend lang."
De aanvaller pur sang, die in 2021 een etappe in de Giro d'Italia op zijn naam schreef, ging wel mee op trainingskamp in het Spaanse Alicante, maar trainde daar apart van de groep.
Onwijze onzekerheid
De vooruitgang die hij boekt wordt afgeremd door effecten die worden toegeschreven aan de hersenschudding.
"Het is een ontzettend lastige blessure met onwijze onzekerheid. Het is niet alleen dat je niet kan fietsen, je hele leven wordt er door bepaald. Ook je sociale leven. En andere dingen die je graag doet om afleiding te zoeken, kunnen niet."
"Het is een balans", gaat Van der Hoorn verder. "Je kan niet vijf maanden op bed gaan liggen en denken dat het dan over is. Je hoofd moet weer wennen aan prikkels. Achteraf merk je pas of je de juiste stappen hebt gemaakt, het kan ook ineens weer minder gaan."
Op 4 december, de verjaardag van Van der Hoorn, kreeg hij een hart onder de riem van zijn ploeggenoten.
Van der Hoorn weet hoe het werkt. In 2017 en 2018 was hij al bijna een jaar uitgeschakeld door een hersenschudding, opgelopen na een val op de training.
Maar de vergelijking met zes jaar geleden is moeilijk te maken. "De val zegt niet altijd iets over de uitkomst", weet Van der Hoorn. "Soms herstel je na een heftige val heel snel, maar van een minder heftige val kan je ook een jaar last hebben."
Duimen voor succesvolle rentree
Zijn terugkeer in 2018 geeft hem dan wel weer hoop. "Toen had ik zeven maanden niet gefietst, en na zes weken trainen won ik een etappe in de BinckBank Tour. Dat ging megasnel. Dus ik weet dat als ik bepaalde trainingen weer met intensiteit kan doen, een paar weken knallen, dat ik dan heel snel weer op niveau zijn kan zijn."
In dat tempo zou zelfs de Tour de France van deze zomer nog mogelijk kunnen zijn. "Dat lijkt me een topplan", reageert Van der Hoorn opgewekt op dat voorstel. "Dat zou fantastisch zijn, daar duim ik voor."