Kissinger bekritiseerd maar nooit berecht voor steun aan wrede dictators
Op 31 mei 2001 kreeg Henry Kissinger, die gisteren overleed, in het Ritz-hotel in Parijs bezoek van Franse politieagenten. Ze nodigden hem uit te verschijnen voor een Franse rechter in verband met de moord op vijf Franse staatsburgers in Chili. De rechter wilde Kissinger ondervragen over operatie-Condor, de codenaam van een samenwerkingsverband van geheime diensten waarmee Latijns-Amerikaanse dictaturen zich in de jaren 70 van tegenstanders ontdeden.
Uit vrijgegeven CIA-documenten was gebleken dat Kissinger van operatie-Condor op de hoogte was geweest en mogelijk zelfs een van de initiatiefnemers was. Maar Kissinger had in een verhoor geen zin en verliet Parijs spoorslags.
'Te belangrijk voor democratie'
In Chili zou Kissinger niet alleen de rechtse dictator generaal Pinochet hebben gesteund, maar ook een rol hebben gespeeld bij de voorbereiding van de staatsgreep tegen de democratisch gekozen marxistische president Allende. Zijn commentaar op die staatsgreep is berucht: "Ik zou niet weten waarom we passief zouden moeten toezien hoe een land afglijdt naar het communisme. Deze zaken zijn veel te belangrijk om te laten beslissen door de Chileense kiezers."
Kissinger streefde naar een ontspannen relatie met de Sovjet-Unie, maar probeerde tegelijk te voorkomen dat de Sovjet-Unie zijn invloed uitbreidde. Daarom steunde hij overal ter wereld regimes en bewegingen die zich tegen bondgenoten en vermeende bondgenoten van de Sovjet-Unie verzetten, ook als ze daarvoor gebruikmaakten van marteling, moord en andere mensenrechtenschendingen.
Zijn steun voor rechtse dictators maakte Kissinger gehaat bij links. In 2001 pleitte de linkse Britse journalist Christopher Hitchens zelfs voor vervolging van Kissinger voor oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid in Vietnam, Cambodja, Laos, Chili, Bangladesh en Oost-Timor.
Geheime informatie
Hitchens baseerde zich onder meer op de bevindingen van de Amerikaanse onderzoeksjournalist Seymour Hersh, die van getuigen had gehoord dat Nixon Kissinger tot zijn veiligheidsadviseur had benoemd omdat deze hem had geholpen bij het torpederen van de vredesbesprekingen van de regering-Johnson met Vietnam.
Kissinger zou geheime informatie over de vredesonderhandelingen hebben doorgegeven aan Nixon, waardoor Nixon deze kon saboteren. Nixon vertelde de Zuid-Vietnamese president Thieu dat hij met hem een beter akkoord kon bereiken en spoorde Thieu zo aan het vredesoverleg te boycotten. Door deze sabotage duurde de oorlog in Vietnam volgens Hitchens en Hersh vier jaar extra.
In die vier jaar werd Kissinger volgens Hitchens verantwoordelijk voor de dood van honderdduizenden inwoners van Vietnam, Laos en Cambodja.
Bangladesh
Hitchens, die in 2011 overleed, hield Kissinger ook medeverantwoordelijk voor de dood van honderdduizenden mensen in Bangladesh, tijdens de onafhankelijkheidsoorlog met Pakistan in 1971. Het Pakistaanse leger en door Pakistan gesteunde islamitische doodseskaders vermoordden toen tussen de 300.000 en 3 miljoen mensen in Oost-Pakistan. Ze probeerden te voorkomen dat Oost-Pakistan zich afscheidde.
Kissinger wist ervan en hield berichten over de gruweldaden tegen, omdat Pakistan een Amerikaanse bondgenoot was en omdat India, dat een goede band had met de Sovjet-Unie, de onafhankelijkheidsbeweging in Oost-Pakistan steunde.
Oost-Timor
Hitchens achtte Kissinger verder schuldig aan het bloedbad dat het Indonesische leger aanrichtte in de voormalige Portugese kolonie Oost-Timor. Op 28 november 1975 verklaarde de linkse onafhankelijkheidsbeweging Fretelin Oost-Timor onafhankelijk. Een week later viel het Indonesische leger binnen, een dag nadat Kissinger en president Ford op bezoek waren geweest.
De Amerikanen hadden de Indonesische dictator Soeharto in Jakarta toestemming gegeven voor de invasie. Ze wilden kort na het Vietnam-debacle hun grootste bondgenoot in Zuidoost-Azië niet laten vallen.
Met Amerikaans materieel voerde Indonesië een bloedige oorlog in Oost-Timor, gevolgd door een bloedige onderdrukking, waarbij waarschijnlijk meer dan 100.000 burgers en militairen omkwamen.
Cruciale vragen
Het is de vraag in hoeverre de aantijgingen van Hitchens voor een internationaal tribunaal stand zouden hebben gehouden. In Bangladesh en Oost-Timor was Kissinger slechts zijdelings betrokken, voor zijn rol in Chili ontbreekt 'de smoking gun' en zijn schuld aan de lange duur van de oorlog in Vietnam is ook betwistbaar. Zeker is alleen dat Nixon en Kissinger zonder het Congres te informeren de oorlog uitbreidden naar Laos en Cambodja, met rampzalige gevolgen voor vooral Cambodja, dat afzonk in chaos, waardoor de weg vrijkwam voor de moorddadige Rode Khmer.
Kissingers biograaf Niall Ferguson stelt dat er geen enkel schriftelijk bewijs is dat Kissinger vertrouwelijke informatie over de vredesonderhandelingen met Noord-Vietnam naar Nixon heeft gelekt. Het bewijs is uitsluitend gebaseerd op verklaringen van mensen die er belang bij hadden om Kissinger als boef af te schilderen.
Bovendien had Kissinger, aldus Ferguson, helemaal geen toegang tot belangrijke geheime informatie en waren de hoofdlijnen van het vredesoverleg ook zonder 'mol' wel duidelijk. Nixon had helemaal geen informant nodig om het vredesoverleg te traineren, aldus Ferguson.
Een proces had al dit soort zaken duidelijk kunnen maken, maar er was ook een wezenlijk bezwaar tegen het voeren van zo'n proces: het zou democratische staten kunnen verhinderen machtspolitiek te voeren. Democratische mogendheden moeten nu eenmaal soms samenwerken met dictators, foute generaals en andere louche machthebbers om hun doelen te bereiken.