IMF verwacht groei, terwijl Chinese economie kwakkelt
Grote Chinese vastgoedbedrijven hebben te weinig geld om rekeningen te betalen. Op meerdere plekken in het land kunnen appartementencomplexen niet worden afgebouwd. Consumenten houden hun hand op de knip, en ook op de Chinese aandelenmarkten is het hommeles. Toch verhoogt het Internationaal Monetair Fonds de groeiverwachting voor de Chinese economie. Het IMF gaat er nu van uit dat de economie dit jaar groeit met 5,4 procent.
"Met name in het derde kwartaal was de groei sterker dan verwacht", vertelt Gita Gopinath in de Staatsmanzaal in een van de luxehotels in het zakendistrict van Peking. De plaatsvervangend voorzitter van het IMF en haar team hebben net hun 'artikel 4-consultatie' erop zitten, waarin elk land jaarlijks op rapport komt. "De opwaartse bijstelling is daarnaast een gevolg van ondersteunend overheidsbeleid dat recentelijk werd aangekondigd."
Peking maakte onlangs bekend dat het 1000 miljard renminbi (128 miljard euro) uittrekt om lokale overheden uit de brand te helpen. Daarmee koopt het tijd voor de economische tegenwind in het land. Die hangt vooral samen met de problemen op de vastgoedmarkt. Lokale overheden in China zijn voor hun inkomsten vooral afhankelijk van de verkoop van grond. Nu de huizenprijzen dalen en er minder vraag is naar vastgoed is die financieringsbron goeddeels opgedroogd.
Bouwvakkers mogelijk niet uitbetaald
Vastgoedbedrijven zitten krap bij kas en hebben moeite bestaande projecten op tijd op te leveren. Aan de rand van Jiaxing, zo'n anderhalf uur rijden van Shanghai, bouwt de geplaagde vastgoedreus Country Garden aan de Star Mansion. De perken worden beplant, bouwvakkers leggen de laatste hand aan de bekabeling. "Bijna klaar om opgeleverd te worden", zegt een van de medewerkers op het terrein overtuigd.
Of hij en zijn collega's hun salaris krijgen, is nog onduidelijk. Op meerdere plekken in het land konden onderaannemers fluiten naar hun centen. "Ik ben nog maar net begonnen. Aan het einde van de maand weet ik meer, dat is wanneer dit project af moet zijn." Hier in Jiaxing mogen onderaannemers hopen op hun loon, kopers op hun appartement. Aan de overkant van de 'Baai van Hangzhou' is die hoop vervlogen. Hier zijn de bouwvakkers al verdwenen nog voordat het project is voltooid.
De Legendes van de Zuid-Chinese Zee, ook een vastgoedproject van Country Garden, bleek een mythe. "De bouw ligt stil", weet een van de buren. Ze is haar hond aan het uitlaten tussen het woekerende onkruid. Of het geld op was? "Dat weet ik niet precies. Maar de economie zit in een depressie", zegt ze. Op het terrein is nog één hijskraan te zien, bewegen doet die niet. Een verlaten bulldozer fungeert als steunpilaar voor de stalen wand die het complex moet beschermen tegen indringers.
De problemen op de vastgoedmarkt werken door in andere delen van de economie, ook in de grote steden. De tijd dat restaurantbezoekers in Peking in de rij moesten staan voor een tafeltje, is op veel plekken voorbij. Wie er wel op uitgaat, geeft minder uit, klagen ondernemers. Iets dat ook koffieketen Starbucks merkt. In het afgelopen kwartaal kwamen er door uitbreidingen weliswaar 8 procent meer mensen over de vloer, maar gemiddeld gaven ze 3 procent minder uit.
Minder consumptie
Dalende huizenprijzen nodigen toch al niet uit tot meer consumptie. De onzekerheid of reeds betaalde appartementen kunnen worden opgeleverd doet dat evenmin. Niet-levensvatbare projectontwikkelaars moeten weliswaar failliet kunnen gaan, vindt Gopinath. "Maar het voltooien van vastgoedprojecten kan het sentiment verhogen, waarbij ook een rol is weggelegd voor de centrale overheid." Want de consumptie moet omhoog, vindt het IMF.
"De groei moet minder komen uit investeringen, en meer uit consumentenbestedingen", zegt plaatsvervangend IMF-voorzitter Gopinath, die Peking aanspoort een sterker sociaal vangnet op te tuigen. "Zodat Chinese huishoudens minder spaargeld hoeven aan te houden." Voor grote zorguitgaven bijvoorbeeld, of de oudedagvoorziening. Partijbaas Xi Jinping liet eerder blijken daar geen voorstander van te zijn. In partijspreekbuis Qiushi schreef hij dat het zou leiden tot "luie mensen".
"Hij denkt dat mensen beter af zijn als ze worstelen", zegt Barry Naughton, als sinoloog en econoom verbonden aan de Universiteit van Californië in San Diego. "Als ze een zwaarder leven hebben waarin ze dingen moeten overwinnen." Een te grote bestedingsvrijheid leidt tot minder controle voor Xi en zijn communistische partij, is zijn lezing. "Daarom is hij ook minder enthousiast over mensen die rijk worden dan over het uitroeien van armoede."