NOS Wielrennen

Wonderjaar Jumbo-Visma en SD Worx: 'Wat dit jaar genoeg was, is het volgend jaar niet'

Het stond er echt, op het blaadje van Jumbo-Visma tijdens de voorbereiding op het wielerseizoen 2023. Een lijstje met doelstellingen waar je bang van werd. Sportief directeur Merijn Zeeman vroeg het zich ook af: is dit niet te gek?

Terugblikkend op een van de dominantste seizoenen die een wielerploeg ooit heeft laten zien, herinnert Zeeman wat Jumbo-Visma-routinier Jos van Emden op een van de eerste trainingskampen van afgelopen jaar tegen hem zei: "Merijn, dit kun je niet als doelstelling zetten, dit is niet realistisch. Dit kan niet, de lat ligt veel te hoog."

Van Emden had een punt, vond Zeeman. Winst in de Giro, de Tour, de Vuelta, minstens tien zeges voor Olav Kooij én winst in Parijs-Roubaix of de Ronde van Vlaanderen? Gekkenwerk. Maar na alle planning, het verdelen van de kopmannen, de indeling van het seizoen, moest het toch echt kunnen.

Vier van die vijf doelstellingen werden gehaald.

Ondertussen grapten ze in het vrouwenpeloton, bij het Nederlandse SD Worx, over een andere onmogelijk geachte doelstelling. Die van 40 zeges in een jaar.

Er werden al ludieke weddenschappen voor afgesloten. Welnu, die gingen verloren. Een mechanieker moest er een tatoeage voor laten zetten, want de teller stokte pas bij 62. Er waren maar weinig koersen waarin een SD Worx-renster niet won.

Teamsport als essentie

Wat stond er aan de basis van dit wonderjaar voor de Nederlandse teams? En hoe houd je zulke grote teams, met zulke grote sterwielrenners, een heel seizoen lang in het gareel en gemotiveerd om maar te blijven winnen?

Voor Zeeman heeft die vraag een alomvattend antwoord: wielrennen is teamsport. "We hebben veel ambitieuze renners samengebracht en diep in hun hart willen ze allemaal zelf winnen, maar wij benaderen het wielrennen continu als een teamsport. Dat is in essentie waar wij voor staan."

Toch draagt er maar één de gele trui en wint maar één renner een etappe. Al die toprenners - Jumbo-Visma had onder anderen Jonas Vingegaard, Primoz Roglic en Wout van Aert - moeten tevreden en gemotiveerd blijven. Geen makkelijke taak.

"Dat begint met inspireren, en heel nadrukkelijk samen die plannen maken en de strategieën maken. Dat iedereen zich daar een onderdeel van voelt en van wil voelen. Continu blijven uitdragen dat je met elkaar de Tour de France wint, dat je met elkaar een klassieker wint. Dat zit inmiddels zo diep, maar daar blijven we met elkaar op hameren."

Drie rondes winnen? Dat zal in 2024 niet meer de doelstelling zijn.

Merijn Zeeman kijkt alvast vooruit

Essentieel onderdeel daarvan is openheid, zegt Zeeman. Dat iedere renner eerlijk is over de eigen ambities. "Zodat anderen ook zien wat Jonas, Wout of Primoz opoffert voor jou of voor het team, daarvoor heb je open en eerlijke gesprekken nodig. Dat is een absolute voorwaarde. Jonge renners worden er nu ook in opgeleid, die weten: als ik bij Jumbo-Visma wielrenner ben, betekent dat dit voor mij."

Het perfecte voorbeeld van de cultuur van Jumbo-Visma was de Vuelta, waarin niet Vingegaard, niet Roglic, maar Sepp Kuss de eindzege pakte. Zeeman: "Dat is een beetje 'het geluk' van het winnende team, dat je elkaar naar een hoger niveau stuwt."

Tom Dumoulin, Stef Clement en Richard Plugge blikten aan het eind van de Vuelta terug op de unieke trilogie van Jumbo-Visma:

Manager Danny Stam herkent het wel. Het is "een stukje communicatie met elkaar", legt de sportief manager van SD Worx uit. "In het eerste trainingskamp spreken we altijd uit: wat is jullie grote doel? Zodat de meiden het van elkaar weten. Vanaf het begin wordt er open over gesproken en dat wordt ook elke wedstrijd weer herhaald."

Meer dan collega's

Het levert een hechte groep op. Stam: "We hebben een vrij familiaire sfeer. Rensters blijven vrij lang bij ons, omdat ze het naar hun zin hebben. Als wij op trainingskamp gaan, zitten we in een huis, niet in een hotel. Daar heb je saamhorigheid, je wast met elkaar af, 's avonds doe je een spelletje. Dat bindt."

Het team moet meer zijn dan collega's. "Je hoeft niet superclose te zijn, maar er moet respect en vertrouwen zijn. Dat hebben wij van de eerste trainingskampen neergezet." Vroeg of laat wordt duidelijk dat renners zich voor de ander opofferen. Denk aan het offer dat Lotte Kopecky bracht voor Lorena Wiebes in de Simac Ladies Tour. Of Van Aert die Christophe Laporte de zege gunde in Gent-Wevelgem.

Bekijk hier hoe het succesjaar van SD Worx verliep, wat Danny Stam zegt over het managen van toprenners en de overmacht van de Nederlandse ploeg:

En ja, tuurlijk schuurt het een keer. Zoals in Strade Bianche, toen Demi Vollering en Kopecky samen op de finish af gingen. Er was onenigheid over wie mocht winnen. Ruzie in de tent na de finish.

Hoe Stam ermee omging? Opnieuw was het antwoord: openheid. "We zijn gelijk de bus ingegaan en hebben opheldering gevraagd. Hoe gaan we hiermee om? Hoeveel hard feelings hebben we? We wisten dat dit kon gebeuren."

Het hoort er ook wel een beetje bij. Zonder concurrentie gaat geen renner harder fietsen. "Daar zijn het ook topsporters voor. Dan mopperen ze weleens op elkaar. Wij hebben trainingskampen in Spanje dat ze een spelletje aan het doen zijn. Dan heb ik ook weleens de damborden door de kamer zien vliegen. Dat gebeurt met mensen die willen winnen."

Het succes van Jumbo-Visma en SD Worx gaat wel verder dan het managen van toptalenten. "Het is oprecht teamwork van de hele organisatie", zegt Zeeman.

"We hebben zestig atleten, maar er zitten hele grote afdelingen omheen. Verzorgers, mecaniciens, coaches, maar ook commerciële afdelingen, logistiek, marketing-communicatie, veel verschillende mensen. Het is voor ons belangrijk dat iedereen voelt dat iedereen een aandeel heeft in de prestaties op de weg."

"Daarvoor heb je een team in de volle breedte nodig, daar besteden wij heel veel aandacht aan. Dat is een onderdeel van de cultuur van deze ploeg. We werken er ook hard aan om dat te bewaken, anders loopt het zo weg. Daar investeren we veel in. Ik durf wel te zeggen dat het de essentie is van dit team."

Evolueren

En daar ligt voor Zeeman het zwaartepunt op weg naar het nieuwe seizoen. Het teamgevoel behouden en evolueren.

"Wat dit jaar goed genoeg was, is het volgend jaar niet meer", zegt Zeeman. "Ik lees interviews van renners die zeggen: ik ga Jumbo-Visma kopiëren. We moeten heel goed realiseren dat de concurrentie niet stil zit. We zullen ook echt moeten blijven evolueren en innoveren, want anders komt er een moment dat de rest ons voorbij gaat."

Jumbo wil 'list verzinnen' om Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix in 2024 te winnen

Hoe je evolueert na zo'n successeizoen? "Door iedereen maximaal betrokken te houden. Te blijven benadrukken dat het werk is van al die mensen in dit team. En door juist al die mensen te bevragen: wat kun je anders doen, wat kun je beter doen, waar ligt voor jou de progressie? Als dat in de cultuur zit, elke dag beter, zoals wij zeggen, dan kun je ervan uitgaan dat we ieder jaar de drive blijven voelen om te verbeteren."

2024? Kooij en Roubaix

Maar nee, weer drie grote rondes winnen, dat gaat volgend jaar niet nog eens lukken, denkt Zeeman. Er zijn nieuwe doelstellingen. Met Olav Kooij een rit winnen in een grote ronde, om maar wat te noemen. Maar liever nog wat dit jaar niet lukte: de Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix winnen.

Wout van Aert lijkt daarvoor de perfecte kandidaat, maar die zal wel twee knaapjes, Mathieu van der Poel en Tadej Pogacar, tegenkomen. Zeeman: "We zullen een list moeten verzinnen."

En ook Stam hoopt volgend jaar op een zege op de kasseien. "Roubaix hebben we nog nooit gewonnen. Wie het moet doen? Lotte Kopecky."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl