Eredivisie vrouwen wil groeien in Europa, terwijl jong talent vroeg vertrekt
Groeien en meedoen in Europa, dat is wat de eredivisie voetbal voor vrouwen wil. Als het aan de KNVB ligt, hoort de eredivisie binnen enkele jaren tot de zeven beste competities van het continent. Momenteel staat de eredivisie, waarin vanavond de eerste twee wedstrijden van het nieuwe seizoen worden gespeeld, nog op plek tien.
Belangrijk in die weg naar de Europese top is dat een Nederlandse club de groepsfase van de Champions League haalt. De vrouwen van FC Twente walsten woensdag over Sturm Graz heen (6-0) en kunnen zich net als de Ajax-vrouwen zaterdag plaatsen voor de beslissende play-off.
Groepsfase Champions League
"Het zou mooi zijn als we voor het eerst de groepsfase gaan halen", zegt Lucienne Reichardt, manager vrouwenvoetbal bij de KNVB, die het Nederlandse vrouwenvoetbal en dan met name de eredivisie graag ziet groeien. Europees topvoetbal zou ook kleinere clubs in Nederland helpen.
Als Ajax of Twente de groepsfase van de Champions League haalt, heeft bijvoorbeeld Excelsior er ook wat aan. Het geld dat de Europees voetballende clubs binnenhalen, wordt deels verdeeld onder Nederlandse clubs die niet in Europa meespelen. Een financiële meevaller.
En dat draagt weer bij aan een ander en belangrijker doel: het algemene niveau van de eredivisie omhoog krijgen, ook dat van de onderste ploegen. En daarin vinden ontwikkelingen plaats.
Reichardt merkte in haar eerste jaar als manager vrouwenvoetbal dat betaald voetbalorganisaties (bvo's) het vrouwenvoetbal steeds meer omarmen.
"Ook clubs die nog geen eerste elftal hebben. We merken dat meer sponsoren interesse hebben en zich willen binden aan de vrouwen eredivisie. We hebben net een deal gesloten waardoor er een extra live-uitzending mogelijk is iedere speelronde."
Een prachtige competitie, met veel clubs die hard werken aan hun jeugdopleiding, ook in het rechterrijtje.
Nu ook de vrouwen van vv Alkmaar (opgegaan in AZ), sc Heerenveen en ADO Den Haag zijn opgenomen in een bvo, zijn voor het eerst alle twaalf eredivisieclubs officieel onderdeel van een betaald voetbalorganisatie. Tegelijkertijd verwacht de KNVB ook meer van de huidige teams in de eredivisie.
"We zijn sinds afgelopen seizoen licentie-eisen gestart en ieder jaar worden die gemonitord en opnieuw bijgesteld", legt Reichardt uit. Denk aan eisen rond een minimum aantal contractspeelsters in een selectie (vorig jaar twee, dit jaar verplicht vier), eisen rond verlichting en cameraplaatsen rond het veld en eisen rond trainerslicenties.
Promotie/degradatie
Ook is er een plan dat grote invloed kan hebben op de Nederlandse competitie. "We willen toewerken naar een promotie/degradatieregeling", zegt Reichardt. De afgelopen seizoenen en ook dit jaar nog kunnen de twaalf profclubs niet degraderen uit de eredivisie, wat ertoe leidt dat een groot deel van de clubs in het voorjaar nergens meer om speelt.
"Het streven is om de promotie/degradatieregeling per volgend seizoen in te laten gaan", zegt Reichardt. "Op dit moment bestaat de eerste divisie van vrouwen (op Sparta na, red.) uit jong-elftallen. Die kunnen niet promoveren, dus het is de bedoeling dat de competitie uit meer eerste elftallen gaat bestaan."
Reichardt denkt dat de 'PD-regeling', waarvan de details nog moeten worden vastgesteld, het ook interessanter maakt voor bvo's om in de competitie eronder te beginnen met een vrouwenteam en dan zo snel mogelijk naar de eredivisie te promoveren.
De onderlinge concurrentie wordt groter, het belang van wedstrijden groeit en het niveau van de eredivisie zal stijgen. Maar een ander 'probleem' doet zich al voor: de talentvolste speelsters uit de eredivisie die op jonge leeftijd naar het buitenland vertrekken.
Internationals Esmee Brugts (naar Barcelona), Daphne van Domselaar (naar Aston Villa) en Wieke Kaptein (naar Chelsea) werden verkocht. De 18-jarige Kaptein blijft nog wel een jaar in Nederland bij FC Twente voetballen.
Blijven die speelsters behouden voor de eredivisie, dan is dat "mooi voor de competitie", zegt Reichardt. "Maar aan de andere kant is het ook mooi om te zien dat wij goede meiden kunnen opleiden en interessant worden voor het buitenland."
Jonker: 'Prachtige competitie'
Bondscoach Andries Jonker ziet dat Nederland een "opleidingscompetitie met heel veel jong talent" overhoudt. "Een prachtige competitie, met veel clubs die hard werken aan hun jeugdopleiding, ook in het rechterrijtje. Waarbij we nu al weten: iedere speelster die er bovenuit komt, zie Esmee, zie Wieke, gaat meteen weer naar het buitenland."
Dat vindt Jonker minder zorgwekkend dan het misschien klinkt. "Het is niet anders. Wij zijn een klein land, met kleine clubs en beperkte financiële mogelijkheden. En het geeft de kans aan andere spelers om de plekken op te vullen. Het leidt ertoe dat we op termijn een geweldig nationaal team kunnen hebben."
Voor de iets kortere termijn hoopt Reichardt voor de eredivisie op "meer live-uitzendingen, meer naamsbekendheid en meer zichtbaarheid. En dat we de groepsfase van de Champions League hebben bereikt."