India weet als vierde land ruimtevaartuig op de maan te laten landen
Het is India als vierde land ter wereld gelukt om een ruimtevaartuig op de maan te laten landen. Om 14.34 uur Nederlandse tijd kwam de onbemande maanlander van de Chandrayaan-3 aan op de zuidpool, een plek waar nooit eerder een vaartuig is geland.
Door deze succesvolle missie kan India zich meten met ruimtevaartgrootmachten Verenigde Staten, China en Rusland. Zij wisten eerder al meermaals vaartuigen op de maan te krijgen.
"India is op de maan", verklaarde voorzitter Shri S. Somanath van het Indiase ruimtevaartagentschap ISRO toen maanlander Vikram succesvol was neergedaald. Premier Modi, die de landing vanuit Zuid-Afrika volgde vanwege de BRICS-top daar, herhaalde die woorden in een videotoespraak kort na de landing. "Dit is een overwinningskreet van een nieuw India", voegde hij eraan toe.
Tweede poging
Het was voor India de tweede poging om een maanlander succesvol te laten neerdalen. In 2019 deed het land ook al een poging met de voorganger van de Chandrayaan-3. Die crashte op het maanoppervlak. De Russische maanlander Loena-25 overkwam afgelopen weekend hetzelfde.
Premier Modi van India keek vanuit Zuid-Afrika, waar hij de top van de BRICS-landen bijwoont, mee met de maanlanding:
Nu de maanlander een zachte landing heeft gemaakt, begint er een onderzoek naar delen van de maan die altijd in de schaduw liggen. Aan boord van de maanlander is een karretje dat over de maan moet gaan rijden om foto's te maken en data te verzamelen. India wil meer te weten komen over maanbevingen en over mineralen en stoffen aan het oppervlak zoals ijs.
De geslaagde landing op de maan laat volgens astronoom Lucas Ellerbroek zien dat India "echt succesvol is in de ruimtevaart". "Het is niet makkelijk om een lander op de maan neer te zetten", zegt hij op NPO Radio 1. "Zeker niet op de zuidpool van de maan. Dat is woest en bergachtig gebied en het is er heel donker. Je moet heel zachtjes aan komen vliegen en die snelheid heel goed controleren. Dat ging goed."
Tankstation op de maan
Een van de doelen van de Indiase missie is om te onderzoeken wat nodig is om een permanent bemande basis te bouwen op de maan, vertelt Ellerbroek. "Ze willen kijken welke grondstoffen daar te krijgen zijn voor als landen langer aanwezig willen zijn. Elk land dat daar kennis in opdoet die van pas kan komen, heeft iets heel erg waardevols in handen."
De VS, Rusland (voorheen onderdeel van de Sovjet-Unie) en China wisten meermaals een vaartuig op de maan te laten landen:
De zuidpool geldt als een veelbelovend onderzoeksterrein, legt Ellerbroek uit. "Er wordt gedacht dat daar heel veel water zit. Water is een grondstof die erg belangrijk is voor, in eerste instantie, mensen die daar willen zijn, maar je kunt daar ook raketbrandstof van maken zodat je eigenlijk een soort tankstation krijgt buiten de aarde. Op lange termijn is dat heel erg nuttig."
Bewijs voor water en ijs
De Indiase maansonde Chandrayaan-1 vond in 2008 het bewijs dat er water en ijs aanwezig zijn op de maan. Deze sonde vloog bijna een jaar lang rond de maan, maar landde er niet.
Het bewijs voor water en ijs is een belangrijke ontdekking, zegt directeur Artemis Westenberg van Explore Mars, een organisatie die bemande Marsvluchten propageert, in het NOS Radio 1 Journaal.
"Het idee is dat als we mensen naar de maan sturen, het handig is dat er water is", aldus Westenberg. "Hoe meer je niet hoeft mee te sturen, hoe minder brandstof het kost om die raket daar te krijgen. En water is ook prettig om dingen te kunnen bouwen. Bij de meeste industriële processen zit meestal wel ergens water in het systeem."
Prestige
De maan is ook geschikt voor ander wetenschappelijk onderzoek, zegt Westenberg. "Het is relatief gezien dicht bij de aarde en je kunt er het ontstaan van ons eigen zonnestelsel onderzoeken en dus ook het ontstaan van onze eigen planeet. Dat soort onderzoek blijft interessant."
De Chandrayaan-3-missie gaat ook over prestige, zegt Westenberg. "India wil laten zien dat het hoort bij de top van de landen op het gebied van technologie. Daarnaast wil het land ook dat hierdoor meer kinderen wiskunde en technische vakken gaan studeren."