Vernietiging adoptiedossiers was niet volgens de wet: 'Onzorgvuldig beheer'
De vernietiging van adoptiedossiers in 1983 en 1999 was niet in lijn met de Archiefwet. Dat concludeert de Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed in een nieuw rapport naar aanleiding van vragen van geadopteerden, Kamervragen en een publicatie van de NOS.
Het gaat om duizenden vernietigde dossiers van de Directie Kinderbescherming van het ministerie van Justitie en Veiligheid die stammen uit de periode van 1967 tot 1979. De dossiers bevatten gegevens van mensen die zich hadden aangemeld als adoptieouder.
Die gegevens waren nodig voor de zogenoemde 'beginseltoestemming', waarin werd vastgesteld dat mensen voldeden aan de criteria om een kind te mogen adopteren. Ook zaten in de dossiers persoonlijke gegevens van het adoptiekind, zodat zij een visum konden krijgen.
Ongeveer honderd dossiers uit die periode zijn niet vernietigd. Waarom die wel bewaard zijn gebleven, is niet duidelijk.
Onzorgvuldig beheer
De vernietiging van de adoptiedossiers heeft volgens de inspectie "onvoldoende zorgvuldig" plaatsgevonden, want de bewaartermijn van de dossiers was niet volgens de regels vastgesteld. De inspectie kon namelijk geen bewijs vinden dat bij het bepalen van deze termijn rekening is gehouden met het belang van de 'recht- en bewijszoekende burger'. En dat moest wel volgens de Archiefwet.
Bovendien was de registratie van adoptiedossiers gebrekkig, schrijft de inspectie. "Het totaalbeeld is dat van een onzorgvuldig beheer."
Het is niet zeker of de bewaartermijn anders was geweest als die wel volgens de Archiefwet was vastgesteld, nuanceert de inspectie. "In die periode werd het belang van inzage in adoptiedossiers op de lange termijn namelijk minder gezien."
Het is vooral treurig voor degenen die niks hebben, die al decennialang radeloos op zoek zijn.
Stephanie Dong-Hee Kim is blij met de "erkenning dat er van alles niet klopte". Zij werd in 1980 uit Zuid-Korea geadopteerd en kreeg het bericht dat het ministerie van Justitie en Veiligheid geen dossier meer van haar heeft. "Het is te treurig voor woorden", zegt ze over de gang van zaken destijds. "Er werd geen rekening mee gehouden dat die schattige, bruine kindertjes volwassen zouden worden en op zoek zouden gaan."
Ook Kim mist informatie over haar adoptieouders. "Wat waren de redenen dat ze me adopteerden, hoe liepen de gesprekken?" Toch weet ze veel over haar adoptie omdat haar dossier bij de Raad voor de Kinderbescherming wél beschikbaar was. "Het is vooral treurig voor degenen die niks hebben, die al decennialang radeloos op zoek zijn", zegt ze. "Of die misbruikt zijn door hun adoptieouders. Die geadopteerden willen weten: waarom kregen mijn adoptieouders toestemming om te adopteren?"
Kim hoopt dat het ministerie excuses maakt en "de volle verantwoordelijkheid neemt voor wat er is gebeurd". Hierbij denkt ze aan een compensatie voor de kosten die geadopteerden moeten maken als gevolg van de fouten. Zelf moest ze betalen voor het herstellen van haar achternaam en terugkrijgen van haar Koreaanse paspoort.
"Het is verschrikkelijk dat je niet kunt nagaan wat je afkomst is en waar je roots liggen", reageert een woordvoerder van het ministerie van Justitie en Veiligheid. "Helaas kunnen we de vernietiging van dossiers niet terugdraaien. Wij kunnen ons nu alleen maar sterk maken om het toezicht op nieuwe dossiers te verbeteren."
Geadopteerden met vragen over hun adoptiedossier kunnen terecht op www.inea.nl of mailen naar info@inea.nl.