Atlético Madrid-hooligans hangen Vinícius-pop aan brug: 'Walgelijke daad van racisme'
Opnieuw is Real Madrid-aanvaller Vinícius Júnior (22) het mikpunt van Spaanse hooligans. In aanloop naar de kwartfinale van de Copa del Rey donderdagavond in Santiago Bernabeu hingen Atlético Madrid-hooligans een spandoek aan een viaduct met de slogan 'Madrid haat Real'. Onder dat spandoek hing een etalagepop, gekleed in een Vinícius Junior-shirt.
La Liga, de organisator van de Spaanse competitie, keurt de actie in een verklaring sterk af: "La Liga veroordeelt ten stelligste daden van haat en intimidatie tegen Vinícius Junior."
De organisatie zegt dat er - net als bij eerdere gebeurtenissen rondom zijn persoon - aangedrongen zal worden op een onderzoek, zodat de verantwoordelijken opgespoord en berecht kunnen worden.
Real Madrid noemt de actie een 'walgelijke daad van racisme, xenofobie en haat tegen onze speler Vinícius'.
De club veroordeelt gebeurtenissen die 'de fundamentele rechten en waardigheid van mensen schenden, en die niets te maken hebben met de waarden die voetbal en sport vertegenwoordigen. Deze aanvallen, zoals onze speler nu ondergaat, of die elke atleet kan ondergaan, hebben geen plaats in een samenleving als de onze.'
Ook stadgenoot Atlético reageert vol afkeuring. 'Dit soort acties zijn absoluut walgelijk en ontoelaatbaar zijn en een schande voor de maatschappij. De rivaliteit tussen de twee clubs is groot, maar dat geldt ook voor het respect.'
Niet de eerste keer
Het is de derde keer in korte tijd dat Vinícius Junior te maken krijgt met racisme in Spanje. De aanvaller van Real Madrid en het Braziliaanse elftal kreeg na het gewonnen duel met Real Valladolid vorige maand, meermaals verwensingen naar zijn hoofd geslingerd. In video's gemaakt in het Valladolid-vak waren oerwoudgeluiden waarneembaar.
Na die wedstrijd riep hij La Liga ter verantwoording, omdat hij vond dat de organisatie te weinig deed aan racisme. Hij zei dat La Liga "niets blijft doen", een bewering die de organisatie, weerlegde.
"La Liga heeft niet de macht om straffen uit te delen", zegt Spanje-correspondent Edwin Winkels. "Het enige wat ze kunnen, is aangifte doen bij justitie."
Er is een Spaanse wet uit 2007 de 'wet tegen geweld, racisme, xenofobie en intolerantie in de sport', maar de meeste aanklachten op basis van die wet zijn door justitie geseponeerd, of liggen nog bij het Openbaar Ministerie, legt Winkels uit.
Zo werd een incident vorig jaar, waarbij Vinícius te maken kreeg met racistische spreekkoren door honderden aanhangers van stadgenoot Atlético Madrid, niet bestraft.
De openbaar aanklager van Madrid stelde afgelopen december dat er weliswaar "onprettige" en "respectloze" uitingen waren gedaan, maar dat die plaatsvonden in de context van "maximale rivaliteit" en slechts enkele seconden duurden.
Spanje worstelt er wel mee, merkt Winkels. "Juist omdat er nog niemand is veroordeeld, denken daders dat ze ermee weg kunnen komen."
Zo worden wedstrijden na racistische incidenten wel gestaakt, maar blijven verdere gevolgen uit.
"In april 2021 liep het team van Valencia van het veld, omdat hun speler Mouctar Diakhaby door een tegenspeler racistische opmerkingen naar zijn hoofd zou hebben gekregen. Maar na vijf minuten kwam het team alweer terug het veld op, zonder Diakhaby. Wegens gebrek aan bewijs is er uiteindelijk niets mee gedaan."