Nareisbeperking asieldeal op losse schroeven, gezinsleden mogen naar Nederland
Er is geen wettelijke basis voor de nieuwe maatregel voor gezinshereniging uit de recente asieldeal. Dat heeft de voorzieningenrechter in Haarlem geoordeeld. De nareismaatregel is volgens de rechtbank in strijd met de Nederlandse Vreemdelingenwet en met twee bepalingen in de Europese Gezinsherenigingsrichtlijn.
Het is een uitspraak in een zaak die de Syrische Fakhria Al Mullaabid (47) had aangespannen. De vrouw, die zes kinderen heeft, had de rechter om een voorlopige voorziening gevraagd omdat haar gezin nog tot eind april moet wachten voordat ze Nederland mogen inreizen, volgens een besluit van de Immigratie en Naturalisatiedienst (IND).
De rechter heeft nu geoordeeld dat het belang van het herenigen van moeder en minderjarige kinderen zwaarder weegt dan het belang van de staatssecretaris om de opvangcrisis het hoofd te bieden. De Nederlandse ambassade in Sudan, waar het gezin van de vrouw verblijft, moet van de rechtbank binnen 24 uur regelen dat het gezin richting Nederland kan komen.
De IND gaat aan de slag met de uitspraak, zegt de dienst in een reactie. "Dit betekent dat er snel voor gezorgd wordt dat een visum afgegeven kan worden aan het nareizende gezin in deze zaak."
De nieuwe regels van het kabinet zijn bedoeld om de asielinstroom te beperken en maken deel uit van de veelbesproken asieldeal die eind augustus werd gepresenteerd. Volgens de nieuwe beleidsregel mogen statushouders (asielzoekers met een verblijfsvergunning) hun gezinsleden pas laten overkomen als ze in Nederland een woning hebben gevonden. Als dat vijftien maanden na hun aanvraag nog niet is gelukt, krijgen de familieleden alsnog een visum.
Het gezin van Al Mullaabid is naar Sudan gevlogen om te kunnen worden geïnterviewd door de IND. Het visum om in Sudan te mogen blijven verloopt op 9 december. Daarna kan het gezin niet terug naar Syrië, zei de advocaat van Al Mullaabid vorige week tijdens de zitting. Niet alleen omdat het nog steeds onveilig is in Idlib, de stad waar ze vandaan komen, ook omdat hun geld op zou zijn.
Het ministerie van Justitie en Veiligheid gaat de uitspraak van de rechter bestuderen. In een eerste reactie zegt een woordvoerder dat de maatregel om de gezinshereniging te beperken is genomen omdat de asielopvang al langere tijd onder druk staat.
"Deze pijnlijke maatregel is niet lichtzinnig genomen. Tegelijkertijd is deze maatregel nodig", aldus de verklaring.
ChristenUnie: hebben hiervoor gewaarschuwd
De kwestie ligt uiterst gevoelig in de coalitie. De spanning liep in de afgelopen tijd hoog op; de VVD wil vooral de instroom van asielzoekers inperken, terwijl D66 en ChristenUnie hameren op een eerlijkere verdeling van asielzoekers over Nederland.
De ChristenUnie ging akkoord op voorwaarde dat de beperking van de gezinshereniging juridisch haalbaar zou zijn. Dat blijkt nu dus niet het geval. ChristenUnie-Kamerlid Don Ceder zegt nu: "Ik heb gewaarschuwd dat dit kon gebeuren."
Ceder vindt het goed dat er nu duidelijkheid is. "Ik ga ervan uit dat de uitspraak gerespecteerd wordt. In een rechtsstaat luisteren we naar de rechter."
Hij verwacht dat het kabinet op korte termijn met een reactie komt. "Die wachten we rustig af en we zullen het gesprek met elkaar aangaan."
'Geen gevolgen voor spreidingswet'
De uitspraak van de rechter betekent volgens Ceder niet dat ook andere delen van de asieldeal tussen de coalitiepartijen ter discussie staan. Dan gaat het bijvoorbeeld over de spreidingswet, die het mogelijk maakt om gemeenten in het uiterste geval te dwingen een asielzoekerscentrum te openen.
Vooral de VVD heeft het moeilijk met dat onderdeel van de deal. Premier Rutte moest eraan te pas komen om de Tweede Kamerfractie over te halen in stemmen met het voorstel van de eigen staatssecretaris Van der Burg. Hij beloofde daarbij nog eens extra werk te maken van het beperken van de instroom.
De ChristenUnie gaat ervan uit dat de spreidingswet gewoon overeind blijft. Ceder: "Deze uitspraak heeft wat ons betreft geen gevolgen voor de andere maatregelen die we hebben afgesproken. Daar hou ik ze ook aan."
'Specifiek geval'
VVD-Kamerlid Ruben Brekelmans benadrukt in een eerste reactie dat de rechter uitspraak heeft gedaan in een specifiek geval, "waarin de individuele omstandigheden een rol spelen".
Volgens hem laat de rechter de nareismaatregel "in algemene zin" voorlopig in stand. "Wij wachten nu af welke juridische vervolgstappen de staatssecretaris gaat nemen."
De asieldeal tussen de regeringspartijen blijft wat Brekelmans betreft in stand.
Volgens VluchtelingenWerk is het beleid met deze uitspraak definitief onhoudbaar geworden. "Het is bovendien kwalijk dat het kabinet dit op een rechtszaak heeft laten uitkomen: van begin af aan was duidelijk dat dit niet mocht."
Vergelijkbare zaak
Eerder liet de Haagse voorzieningenrechter in een vergelijkbare zaak de nieuwe regel nog ongemoeid. Ook in die zaak had de IND al besloten dat de familieleden van een Turkse statushouder naar Nederland mogen komen, maar dat ze moesten wachten tot 26 april 2023 voordat ze hun inreisvisum zullen krijgen. De rechtbank oordeelde toen alleen dat de IND binnen drie weken na het vonnis moet beslissen over het bezwaar dat mevrouw bij de IND had ingediend.