Kan Marokko de WK-prestatie van 1986 evenaren? 'Begin van mijn Marokkaanse trots'
Marokko staat op de rand van een daverend WK-succes. Achraf Hakimi, Hakim Ziyech en Noussair Mazraoui kunnen zich tegen Canada de geschiedenisboeken inschieten.
Maar tot die tijd, dus op zijn minst tot een uur of zes vanavond, blijven het mannen als Badou 'Zaki', Abderrazak Khairi en Mohamed Timoumi die de grootste Marokkaanse voetbalprestatie ooit neerzetten.
Zij plaatsten zich met een legendarisch Marokkaans team in 1986 in Mexico als eerste Afrikaanse ploeg voor de knock-outfase van een WK.
In Europa gaf men, in aanloop naar de zomer van '86, geen stuiver voor Marokko. Het land was op het WK in Mexico ingedeeld in een loodzware poule.
De tegenstanders waren Polen met wereldster Zbigniew Boniek, Engeland met vedettes als Gary Lineker en Glenn Hoddle en Portugal, dat in 1984 tot de halve finales van het EK had gereikt. Die groep overleven leek voor Marokko, dat alleen in 1970 deel had genomen aan een WK, een onmogelijke opgave.
Maar dat er in Marokko vanaf het begin van de jaren tachtig iets bijzonders was gegroeid, was aan de aandacht van de Westerse voetbalwereld ontsnapt.
In 1982 belandde er een Braziliaanse coach in het hart van het Marokkaanse voetbal. José Faria leerde de lokale voetbalcultuur kennen als trainer van topclub FAS Rabat en nam daarop het roer over bij de nationale ploeg.
Ik ken de voetballers van nu van haver tot gort. Maar 'Mexico' was natuurlijk de eerste keer en de eerste keer is eigenlijk altijd de mooiste.
Ver buiten het Europese blikveld werkte Faria aan een Marokkaans elftal dat grotendeels bestond uit spelers uit de eigen competitie. Slechts een enkeling voetbalde in Europa.
Maar talent was er in overvloed. Marokko kwalificeerde zich met gemak voor het WK van 1986 en werd in de Afrika Cup van datzelfde jaar vierde.
In Afrika en in Marokko zelf was men al bewust van de grote kwaliteiten van dat Marokkaanse team. Maar met de passing van Timoumi, de creativiteit van Bouderbala en de schoten van Abdelkrim 'Krimau' Merry, moest de rest van de wereld nog kennismaken.
Eerste keer
En dat gold eigenlijk ook voor Marokkaanse Nederlanders, vertelt Nordin Ghouddani, voetbaljournalist en oprichter van de podcast Mocro Inside. Hij werd zelf geboren in Marokko en kwam op zijn eerste naar Nederland, waar zijn familie zich vestigde in Tilburg.
Ghouddani was negen toen hij op 2 juni van '86 middenin de nacht door zijn moeder uit bed werd gehaald om naar Marokko-Polen te kijken. Door het tijdsverschil met Mexico was voetbalkijken nachtwerk, maar de hele familie Ghouddani verzamelde zich om om 02.00 uur rond de televisie.
"Het was voor ons de eerste keer dat we ons nationale team konden zien spelen. We hadden nog geen schotel, dus Afrika Cups en kwalificatiewedstrijden kon je niet zien. Dat ik daar op tv Marokkaanse mannen zag voetballen, met dezelfde roots als ik, was iets prachtigs."
En toen moest het mooiste nog komen. Marokko voetbalde goed tegen Polen, maar kwam niet tot scoren. Dat scenario herhaalde zich een paar dagen later tegen Engeland. De ploeg van Faria had met die twee doelpuntloze gelijke spelen al best indruk gemaakt, maar om door te gaan hing alles af dat laatste pouleduel met Portugal.
Die wedstrijd in Guadalajara kwam nog wat langzaam op gang, maar toen middenvelder Khairi de bal na een kleine twintig minuten ontving, naar binnen kwam en raak knalde, kwam alles samen. Met vrolijk combinatiespel, inclusief dribbels, hakjes en één-tweetjes, legde Marokko de Portugezen over de knie. Nog een goal van Khairi en een treffer van 'Krimau' zorgden voor de overwinning.
Ghouddani en zijn familie keken er met open mond naar. Hun Marokko ging door naar de volgende ronde. Vooral ook de manier waarop beklijfde. "De commentator zei 'Dit zijn de Brazilianen uit Afrika.' Het waren rasvoetballers: een fantastisch elftal dat mooi, technisch voetbal speelde."
Bekijk hier hoe de wedstrijden tegen Portugal en West-Duitsland op het WK 1986 in Mexico verliepen:
De dag erna ging Ghouddani naar school, glimmend van trots. "Ik vertelde mijn klasgenootjes over mijn Marokko, dat als groepswinnaar doorging op het WK. En dat terwijl Nederland er niet eens bij was."
In de ronde erna trof Marokko West-Duitsland, de latere finalist. Het elftal speelde weer goed, had veel meer balbezit dan de Duitsers, maar ging ten onder door een doelpunt van Lothar Matthäus in de 87ste minuut.
Een vrije trap die er met een lullige stuit in vloog: het wrede einde van de Marokkaanse voetbaldroom.
Maar de trots overheerste, ook na die wrange wedstrijd tegen de West-Duitsers. De prestatie van 1986 had enorme impact. Hoewel Algerije en Tunesië op eerdere WK's erg dicht bij de knock-outfase waren gekomen, was er nog nooit een Afrikaans land de groepsfase doorgekomen.
Afrikaanse landen speelden daarvoor een bijrol in het mondiale voetbal. De FIFA stelde ook maar nauwelijks plekken beschikbaar voor Afrikaanse landen op WK's. Uit protest daartegen had de Afrikaanse voetbalfederatie het WK van 1966 in Engeland zelfs geboycot.
Glazen plafond doorbroken
Met de winst op Portugal doorbrak Marokko een glazen plafond en zette het een belangrijke stap in de ontwikkeling van het Afrikaanse voetbal. Nog altijd zijn de sterren van '86 helden, diepgeworteld in het Marokkaanse collectieve voetbalgeheugen.
Ook Ghouddani vergat het toernooi nooit meer. "Je had als Afrikaans land een achterstand op het Europese voetbal. Deze prestatie is nog altijd de grootste ooit. Er wordt nog altijd teruggegrepen naar '86."
Een nieuwe generatie kan vandaag de historische prestatie van '86 evenaren. "Deze jongens heb ik groot zien worden en ik ken ze als voetballer van haver tot gort. Maar 'Mexico' was natuurlijk de eerste keer en de eerste keer is eigenlijk altijd de mooiste. Daar begon mijn trots op ons land en voetbal."