Neymar hoopt het door de presidentverkiezingen sterk verdeelde Brazilië te verenigen met de wereldtitel.
NOS Voetbal

Van wie is het shirt van Brazilië? Hoe de 'Seleção' speelbal werd van de politiek

  • Arthur Huizinga

  • Arthur Huizinga

Het is doodstil in Belo Horizonte, die 8ste juli 2014. Bijna 60.000 Brazilianen, lamgeslagen door elf in rood en zwart gehulde Duitsers. De tranen op de tribune worden gespiegeld op het veld, waar de spelers hun gezicht verbergen in hun gele tricots. De vernedering is niet te bevatten: 7-1.

Dan klinkt er rumoer vanaf de tribunes, een mengeling van fluitconcert en boegeroep. "Er loopt er toch een te bedelen om een Duits shirt", merkt commentator Frank Snoeks verbaasd op. "Het is Dani Alves."

Ergens bewaart Dani Alves zijn aandenken aan de dag dat de Kanaries van hun Goddelijke voetstuk vielen. De rechtsback van FC Barcelona had de hele wedstrijd op de bank gezeten, naast zijn geblesseerde boezemvriend Neymar.

Ze hadden de vernedering lijdzaam ondergaan, dankbaar misschien wel om niet op het veld te staan.

In Qatar krijgt de intussen 39-jarige Alves met Brazilië een kans om die schande uit te wissen. En er staat meer op het spel dan alleen de wereldtitel: het is zaak om het gele shirt terug te geven aan alle Brazilianen.

Want hoe voetbalgek Brazilië ook is, meer dan de helft van de inwoners mijdt het tricot als de pest. Zij vinden dat Jair Bolsonaro, de president die zijn verkiezingsnederlaag nog altijd niet wil erkennen, de nationale voetbaltrots gekaapt heeft.

Het traumatische begin van de Goddelijke Kanaries

Om de betekenis van het gele shirt voor Brazilianen te begrijpen, moeten we een stapje terug doen in de tijd. Naar 1950 om precies te zijn, de dag van het eerste Braziliaanse voetbaltrauma. Op dezelfde heilige grond van het Maracanã verliest de Seleção, de Braziliaanse selectie, de WK-finale van buurland Uruguay.

Zonder dat trauma zouden we niet eens spreken over Goddelijke Kanaries.

De 'finale' van het WK in 1950, een nationaal trauma voor Brazilië

Uit schaamte besloot de Braziliaanse voetbalbond namelijk nooit meer in witte shirts aan te treden en schreef een prijsvraag uit voor het ontwerp van een nieuw tenue. De keuze viel op een ontwerp van de 19-jarige Aldyr Schlee gebaseerd op de kleuren van de Braziliaanse vlag.

Niet dat heel Brazilië zich meteen schaarde rond het gele tricot. Sterker nog, toen de 17-jarige Pele het land in 1958 aan de wereldtitel hielp, deed hij dat in het blauw. Gastland Zweden, de tegenstander in de finale, speelde immers al in het geel en dus werd in allerijl een partij blauwe shirts opgekocht en voorzien van een logo.

Ook toen dribbelkoning Garrincha Brazilië vier jaar later aan de tweede wereldtitel hielp, werden de voetballers in eigen land misschien als goddelijk gezien, maar niet als kanaries. Dat kwam pas in 1970, toen het WK in Mexico voor het eerst in kleur op televisie werd uitgezonden.

De teruggekeerde Pelé, een rijpe speler, maar nog altijd briljant, belichaamde die onweerstaanbare aantrekkingskracht van het geel. Een shirt dat voor het toernooi al besmeurd was.

Na het gewonnen WK in 1970 gaan Pelé (onder, zevende rechts) en zijn medespelers op de foto met dictator Emílio Garrastazu Médici.

In 1965 nam een kolonelsregime de macht over in Brazilie en drukte met veel geweld de oppositie de kop in. Voor het impopulaire regime werd het Braziliaanse voetbalteam een propagandamiddel. En of hij het wilde of niet, Pelé werd een speelbal in die propaganda.

Voor de openingswedstrijd tegen Tsjechoslowakije, een reprise van de WK-finale van 1962, droegen opvallend veel Brazilianen een witte outfit. Door de kleuren van de tegenstander te dragen, maakten ze een gebaar tegen het regime.

Maar ook zij gingen om, toen ze Pelé, Jairzinho, Gérson en Carlos Alberto zagen dartelen. Ze betoverden de wereld met hun spel en ontdeden het gele tricot zo van de gehate politieke kleur.

Presidentsverkiezingen en de strijd om het gele shirt

In aanloop naar de wereldkampioenschappen in Qatar lijkt de geschiedenis zich te herhalen. En dat heeft alles te maken met de recente presidentsverkiezingen, waarbij de linkse Luiz Inácio Lula da Silva verrassend de rechtse Jair Bolsonaro van het pluche wist te stoten.

  • AFP
    Aanhangers van Jair Bolsonaro bij de afgelopen presidentsverkiezingen.
  • AFP
    Rood is de dominante kleur bij verkiezingsbijeenkomsten van Lula.
  • AFP
    Verkiezingsdag in Brazilië: een Lula-aanhanger passeert een groepje Bolsonaro-aanhangers.

Voetballiefhebber Lula kreeg zo de macht terug, maar moest daarvoor zijn geliefde gele voetbalkleuren opofferen. In de loop van de verkiezingscampagne is het Braziliaanse geel namelijk de clubkleur geworden van Bolsonaro, die daarmee zijn rechtse, nationalistische en evangelische achterban hoopte te verenigen.

De beelden van de campagnebijeenkomsten spreken boekdelen: populistisch geel voor Bolsonaro, socialistisch rood voor Lula.

Gesigneerde voetbalshirts

Niet dat Lula vies is van het gebruik van de nationale voetbaltrots voor politiek gewin. Hij was het die in zijn eerste termijn als president (2003 tot 2010) de organisatie van het WK voetbal en de Olympische Spelen binnensleepte.

Gesigneerde shirts behoorden standaard tot zijn bagage als presentje voor zijn politieke vrienden. En als Brazilië speelde, liet hij zich graag fotograferen als voetbalfan, met toeter en gesigneerd shirt op de bank voor de tv.

  • AFP
    Ook Fidel Castro ontving kort voor zijn dood een Braziliaans voetbalshirt van Lula.
  • AFP
    Lula schenkt een gesigneerd shirt aan de Venezolaanse president Hugo Chavez. Chavez overleed in 2013.
  • AFP
    Lula met Tamim bij Hamad Al Thani, de emir van Qatar.
  • AFP
    President Lula in 2009 met Pelé in Kopenhagen waar de Olympische Spelen van 2016 werden toegewezen.
  • AFP
    Lula als president van Brazilië met Neymar

Genieten van het WK in 2014 kon hij niet zoals hij zou willen. Wat een voetbalfeest voor alle Brazilianen had moeten zijn, werd gekleurd door verdeeldheid door corruptieschandalen, demonstraties en protesten tot in de stadions.

Hoewel zijn zelf aangewezen opvolger Dilma Rousseff het grootste mikpunt was, voelde Lula dat het voetbal niet langer zijn troefkaart zou zijn. Sterker, het corruptieonderzoek door de Braziliaanse justitie zou in 2018 leiden tot de veroordeling van Lula en een gevangenisstraf van twaalf jaar.

Daarvan zat hij drie jaar uit. In 2021 kwam Lula vrij, nadat aannemelijk was gemaakt dat de rechter die zijn zaak had behandeld niet onpartijdig was.

Bolsonaro en zijn voetbalvrienden

Hij kwam terug in een ander Brazilië. Een land waar rechts het voor het zeggen had. President Jair Bolsonaro is geen voetbalman, behalve als er wat te vieren valt. Zoals in 2019, toen de Seleção de Copa America wist binnen te slepen.

  • AFP
    Jair Bolsonaro en geestverwant Donald Trump ruilen van shirt bij een bezoek aan het Witte Huis in 2019.
  • AFP
    President Jair Bolsonaro viert het feest mee met Braziliaanse selectie na de winst in de Copa America.
  • EPA
    Toen president Bolsonaro in 2019 FIFA-voorzitter Gianni Infantino.
  • AFP
    Na het winnen van de Braziliaanse landstitel in 2018 gaat Bolsonaro graag op de foto met de spelers van Palmeiras.
  • AFP
    Bolsonaro gaat in 2019 in het Lusail-stadion in Doha op de foto met FIFA-voorzitter Gianni Infantino en arbeidsmigranten.

En dan heeft hij ook nog de juiste vrienden. Zo mag de rechtse politicus niemand minder dan Neymar zelf tot zijn aanhangers rekenen. Althans, dat blijkt uit een video van de voetballer, waarin hij het campagnelied van Bolsonaro zingt. Ze zijn niet alleen: oud-voetballers Rivaldo, Cafu en Ronaldinho deden het hem voor.

Ook Dani Alves sprak, gehuld in het shirt van de nationale ploeg, in een video zijn steun uit voor Bolsonaro. Boze tongen beweren dat er een financieel motief achter zit: zo zou Neymar een deal met Bolsonaro hebben gesloten over een forse belastingschuld en zou Alves miljoenen hebben ontvangen van de overheid voor een stichting, waarvan onduidelijk is of die wel bestaat.

Sócrates en de 'L' van Lula

Naar medestanders van Lula in het voetbal is het langer zoeken. Marta, jarenlang de beste voetbalster van de wereld is er een. Juninho Pernambucano, vrijetrappenspecialist van Olympique Lyonnais een andere.

De grootste inspiratiebron is zonder twijfel Sócrates. De sierlijke middenvelder deed zijn naam eer aan en rondde eerst zijn studie geneeskunde af voor hij zich echt stortte op het voetbal. O Doutor (de dokter) gebruikte zijn status om sociale misstanden aan de kaak te stellen.

Sócrates overleed in 2011 aan de gevolgen van een losbandig leven. Toch werd hij juist dit jaar weer in herinnering gebracht bij het Ballon d'Or-gala. Raí, de jongere broer van Sócrates, die wél de wereldbeker won met São Paulo (1993) én Brazilië (1994), vertelde over de waarden van zijn broer.

Hij sloot af met een gebaar: wijsvinger in de lucht, duim uitgestrekt. De 'L' van Lula.

De keuze voor Dani Alves

Tot nu toe is het WK in Qatar omgeven van controverse en politieke gebaren, maar voor Brazilië is het misschien juist zaak om eenheid uit te stralen. De enige kritische vraag die bondscoach Tite kreeg na het bekendmaken van zijn selectie ging over zijn keuze voor Dani Alves.

In 2010 bikkelde hij zich al een weg in de verloren kwartfinale tegen Nederland. En nu, twaalf jaar later, kan de speler met de grootste prijzenkast ter wereld (46 prijzen) de oudste Braziliaan ooit op een WK worden.

Van bondscoach Tite kreeg hij rugnummer 13. Laat dat nu net het registratienummer van Lula op de Braziliaans kieslijst zijn.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl