Invoering Omgevingswet opnieuw uitgesteld, meer tijd nodig om te 'testen'
De invoering van de Omgevingswet wordt wederom uitgesteld. Het was de bedoeling dat de wet op 1 januari zou ingaan, maar minister De Jonge voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening schuift dat een half jaar op.
De wet moet het eenvoudiger maken om een vergunning aan te vragen en te verlenen, bijvoorbeeld voor het bouwen van een woning. De Omgevingswet voegt tientallen bestaande wetten en regelingen samen, onder meer op het gebied van geluid, bodem en milieu. Het geldt als een van de grootste wetgevingsprojecten in de parlementaire geschiedenis.
ICT-problemen
De wet werd in 2015 al aangenomen door de Tweede Kamer en in 2016 door de Eerste Kamer, maar de inwerkingtreding is al diverse keren uitgesteld, vooral vanwege uitvoeringsproblemen op het gebied van ICT. Deze week noemde het Adviescollege ICT-toetsing het een dilemma of de wet op 1 januari moet worden ingevoerd. Volgens het college zijn er nog forse beperkingen die risico's met zich meebrengen. Daarnaast dreigde in de Eerste Kamer dreigde de steun voor inwerkingtreding op 1 januari weg te vallen.
In een brief aan de senaat schrijft De Jonge nu dat er veel vorderingen gemaakt, maar dat hij toch een half jaar extra de tijd neemt. "Die kan worden gebruikt om verder te testen en te oefenen." Hij wil die periode ook gebruiken om te voorzien in meer ondersteuning van provincies en gemeenten. De nu beoogde invoeringsdatum is dus 1 juli 2023.