Staatssecretaris Van Rij
NOS Nieuws

Pas in 2026 spaartaks op basis van werkelijk rendement, uitstel kost 385 miljoen

Het lukt het kabinet niet om in 2025 belasting te gaan heffen over het werkelijke rendement op spaargeld en beleggingen in box 3. Dat is wel afgesproken in het regeerakkoord, maar het blijkt niet realistisch, schrijft staatssecretaris Van Rij aan de Tweede Kamer.

Hij wil nu het nieuwe systeem in 2026 invoeren. Het jaar uitstel betekent een eenmalige tegenvaller voor de schatkist van 385 miljoen euro.

Het tijdelijke systeem, de zogeheten spaarvariant, blijft nu een jaar langer bestaan. In die overbruggingsregeling betalen spaarders en beleggers vrijwel geen belasting in box 3.

Uitspraak Hoge Raad

Het kabinet heeft de consultants van Capgemini opnieuw onderzoek laten doen naar de haalbaarheid van de plannen. Aanleiding daarvoor was de uitspraak van de Hoge Raad afgelopen december dat de huidige manier van belasting heffen in box 3 in strijd is met Europese regels. "Die uitspraak heeft druk gelegd op het tijdpad", zegt Van Rij.

Capgemini schrijft dat de al eerder gesignaleerde risico's zijn toegenomen en dat er aanvullende risico's zijn bij gekomen. Door het arrest van de Hoge Raad is er meer tijd nodig om goede wetgeving te maken. Ook de noodzakelijke modernisering van de computersystemen bij de Belastingdienst en de samenwerking met banken en verzekeraars kosten tijd.

Totdat de Hoge Raad er een streep doorheen haalde, werd belasting op spaargeld en beleggingen geheven op basis van een fictief rendement, dat voor iedereen hetzelfde was. Spaarders maakten daar met succes bezwaar tegen.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl