Rutte biedt excuses aan voor communicatie over stikstofkaart
Premier Rutte heeft aan onder meer boerenorganisaties zijn excuses aangeboden voor de communicatie rond de stikstofkaart die begin juni door het kabinet is gepresenteerd. Dat maakte hij bekend na afloop van de gesprekken die hij en bemiddelaar Remkes vandaag hadden met belanghebbenden in de stikstofkwestie.
Begin juni presenteerde stikstofminister Van der Wal een kaart waarop per gebied was aangegeven hoeveel stikstofreductie er gerealiseerd zou moeten worden. De kaart leidde tot grote ophef bij onder meer boerenorganisatie LTO Nederland en de actiegroepen Agractie en Farmers Defence Force.
Geen conclusies trekken
In zijn verklaring neemt Rutte geen afstand van de kaart. Volgens hem laat deze de feitelijke situatie zien, maar kunnen boeren daar niet direct uit afleiden hoeveel stikstof zij straks mogen uitstoten. De kaart leidt volgens hem tot grote verwarring.
"Die misverstanden trekken we ons aan en we hebben daar excuses voor gemaakt", zegt Rutte. Hij zegde toe dat het kabinet "de communicatie gaat verbeteren".
Volgens bemiddelaar Remkes komt de kaart niet meer centraal te staan in de vervolggesprekken. "Het kaartje is niet van een zodanige importantie of exactheid dat de individuele boer hieruit conclusies kan trekken."
Houtskoolschets
De kaart leidde ook onder stikstofexperts tot kritiek. Zo vertelde hoogleraar milieu en duurzaamheid Jan Willem Erisman van de Universiteit Leiden dat de kaart veel te gedetailleerd is, waardoor de indruk ontstaat dat alle percentages per gebied al vastliggen.
Ondanks de ophef die de kaart in eerste instantie veroorzaakte, heeft Van der Wal meermalen benadrukt dat zij achter de publicatie ervan blijft staan. Wel nuanceerde zij onder meer in een brief die zij 15 juli aan Tweede Kamerleden stuurde dat de kaart "niet een blauwdruk die provincies één-op-één moeten toepassen".
Provincies hebben de ruimte om daar eigen inkleuring aan te geven. Ook sprak zij over een "houtskoolschets, een vertrekpunt".
Veel hete hangijzers
In eerste instantie waren de provincies onaangenaam verrast over de kaart. Zo liet onder meer Drenthe weten die niet te gaan gebruiken. De woorden van Van der Wal stelden de provincies enigszins gerust. Het Interprovinciaal Overleg (IPO) reageerde op de brief dat het er "tevreden over is dat het kaartbeeld van tafel is. Het ligt nu aan de provincies om in te vullen hoe ze met het stikstofprobleem omgaan."
Maar ook zonder kaart blijven er nog veel hete hangijzers voor boerenorganisaties. Kaart of niet: het kabinet wil nog altijd dat de totale stikstofuitstoot in Nederland in 2030 50 procent lager is. En een groot deel daarvan moet voor rekening van de boerensector komen.