De Jong na half jaar schilderen en grasmaaien terug bij Cambuur: 'Ben weer los'
"Lopen Jamie, lopen! Jaaaaa, goeie bal! Hup, vijf minuten nog jongens!" De stem van SC Cambuur-trainer Henk de Jong schalt als vanouds door het Cambuurstadion. "Goed zo Mitchie, go, go, go!" Mitchel Paulissen krijgt even later een arm om zijn nek en de speler neemt de complimenten gretig in ontvangst.
Vertrouwde beelden en geluiden, maar zo vanzelfsprekend is het niet dat De Jong weer over het veld loopt in Leeuwarden. Een half jaar geleden trapten zijn hoofd en lichaam van het ene op het andere moment op de rem.
Wartaal
"Ik reed naar het stadion en er was niks aan de hand. Maar ineens kreeg ik heel slecht zicht. Ik dacht dat ik in een droomwereld zat. Het was niet goed, maar ik besefte het niet helemaal", vertelt hij.
"Op de club ging het wel weer, maar na een uur kwam het terug. Ik viel ook in herhaling, zei steeds hetzelfde. Sloeg wartaal uit. Toen had iedereen wel in de gaten dat het mis was."
Bij een bezoek aan de dokter kreeg De Jong te horen dat hij rust moest nemen. "Ik was te druk, maar mijn leven is altijd druk. Ik had geen stress van Cambuur, want we stonden vijfde op dat moment. Mijn zoon Ruben was ernstig ziek, getroffen door corona. Gelukkig gaat het nu langzaam beter, maar daar maakte ik me wel zorgen om."
Constant vermoeid
Na twee dagen rust probeerde De Jong het werk weer op te pakken, maar de klachten keerden direct terug. "Toen is er een scan gemaakt van mijn hoofd en kreeg ik te horen dat er iets in mijn hoofd te zien was. Dan slaat de schrik je om het hart. Het bleek een cyste te zijn die klem zit in mijn hoofd. Best een groot ding. Gelukkig bleek al snel uit allerlei testen dat het geen kanker was, maar goedaardig."
Omdat de cyste op een lastige plek zit, is het voor de artsen niet mogelijk om hem operatief te verwijderen. Rust is het devies en daar was De Jong ook aan toe. "Ik was zo vermoeid, niet normaal. Als ik rust in mijn hoofd zou krijgen, kon ik er gewoon mee werken en doorleven."
Assistent-trainers Pascal Bosschaart en Martijn Barto namen de taken van De Jong op zich. Geen ideale oplossing, want ze volgen beiden een cursus en hebben ook een gezin thuis. "Ik vond het heel vervelend voor hen en ook voor mijn spelers. Dus na een maand ben ik weer half aan het werk gegaan."
'U bent toch Henk de Jong?' Ik lachte. 'Ja, ik ben de grasmaaier hier.'
De Jong keerde te snel terug. "Dat kan dus niet in de voetbalwereld. Als je er bent, moet je er honderd procent zijn. Ik dacht dat ik rustig achter die jongens kon zitten, om ze te helpen. Maar dat was nog moeilijker dan zelf voor de groep staan. En het was ook veel te snel. De klachten kwamen terug en de dokter zei: meneer De Jong, u bent nog lang niet hersteld."
Na een gesprek met vrouw en kinderen hakte De Jong de knoop door. Het ging niet langer en hij deed tijdelijk een stap terug. "Het voelde heerlijk om te stoppen, echt heerlijk. Dat moest, ik merkte het ook aan mezelf. Ik was Henk niet meer."
Duizenden berichten
De Jong leerde in die periode wat het is om echt afstand van de voetbalwereld te nemen. "Ik heb mijn telefoon op stil gezet. De eerste maanden kwamen er duizenden lieve berichten binnen. Het zit in mijn aard om die allemaal te beantwoorden. Dat is niet te doen. Het geeft me een slecht gevoel, maar daar leer ik mee om te gaan. Ik moet op mezelf passen."
Schilderen en grasmaaien, dat waren activiteiten die De Jong hielpen om zijn hoofd weer rustig te krijgen. "Ik heb het gras gemaaid voor mijn buurman, een groot stuk op zo'n kleine machine. Zo lekker om te doen."
De trainer zorgde zo voor verbaasde gezichten. "Laatst reed er een Ajax-supporter voorbij. Hij zat te turen naar me en stapte op een gegeven moment uit. 'Dit kan toch niet, u bent toch Henk de Jong?' Ik lachte. 'Ja, ik ben de grasmaaier hier.' Dat vind ik prachtige dingen."
Spanning voor eerste training
Na een pauze van een half jaar voelde De Jong dat hij er klaar voor was om zijn functie weer op te pakken. "Ik had er heel veel zin in, maar had ook wel een beetje spanning voor de eerste training. Het was heel apart om na zo'n lange tijd weer op het veld te staan."
"Ik dacht na over wat ik moest zeggen, maar ik heb maar gewoon op mijn fluit geblazen en de spelers even uitgefoeterd. Wisten ze direct dat ik er weer was en dat het tempo hoog moest. En ik dacht: nu is het klaar, we zijn er weer."
Met frisse energie werkt De Jong met Cambuur toe naar de competitiestart. De opdracht is 'gewoon' weer handhaven, ondanks de knappe negende plaats van vorig seizoen. Alles bij Cambuur is erop gericht om het seizoen daarna als eredivisionist het nieuwe stadion te betrekken.
Het nieuwe stadion moet in september 2023 worden opgeleverd. De Jong: "Dat is altijd mijn droom geweest. Ik wil met Cambuur naar het nieuwe stadion, dat vind ik echt machtig mooi. Het wordt dit seizoen weer een hele strijd."
"Door het afgelopen half jaar weet ik ook dat er meer is dan voetbal alleen. Maar het voetbal is wel heel mooi. Het omgaan met een spelersgroep, de sfeer in het stadion, contact met de mensen en de supporters: het is echt een voorrecht om trainer van Cambuur te zijn. Het is een heel speciale club, dat realiseer ik me nu nog beter."