Limburg slaat handen ineen met Duitsland en België voor waterveiligheid
Zuid-Limburg slaat de handen ineen met de omliggende Duitse en Belgische regio's om de waterveiligheid aan te pakken. Daarvoor is 8 miljoen euro uitgetrokken. Het samenwerkingsverband Euregio Maas-Rijn draagt hier 6,9 miljoen euro aan bij.
De plannen werden vandaag gepresenteerd in Vaals. In totaal gaat het om zo'n vijftig projecten, gericht op onder meer het verbeteren van de weers- en watervoorspellingen, het versterken van de crisisbestrijding en het verkrijgen van inzicht in de ruimtelijke inrichting, zodat deze beter bestand gemaakt kan worden tegen klimaatverandering.
De regio Maas-Rijn kampte een jaar geleden met de ernstigste overstromingen uit de moderne geschiedenis. Daarbij vielen in België en Duitsland samen meer dan 200 doden.
'Samenwerking is cruciaal'
Twaalf instellingen, waaronder Waterschap Limburg, het KNMI en Nederlandse, Duitse en Belgische universiteiten, werken nu grensoverschrijdend samen aan bescherming tegen hoogwater.
"Deze samenwerking is cruciaal, we moeten op grotere schaal gaan denken", zei dijkgraaf Patrick van der Broeck bij de presentatie van de plannen. "Water houdt zich immers niet aan landsgrenzen. Bovendien kunnen we veel van elkaar leren en voor elkaar betekenen."
Zo wordt er een grensoverschrijdend meetnet ingericht om burgers eerder te waarschuwen voor aankomend hoogwater. Verder worden er camera's geplaatst om de doorstroming van beken te controleren.
Mobiele waterkeringen
Ook wordt nagegaan of de weersvoorspellingen nog nauwkeuriger kunnen worden gemaakt met bijvoorbeeld radarbeelden. Er komen daarnaast mobiele waterkeringen, die bij dreigende overstromingen flexibel kunnen worden ingezet. En de voorspellingen van hoogwater in Roer en Wurm worden verbeterd.
Verder komt er onderzoek naar de grote gevolgen van afvalstromen in de zwellende waterlopen. In Wallonië richtte een jaar geleden 160.000 ton troep voor 2,2 miljard euro aan schade aan.
Tot slot wordt bekeken waar en hoe nog gebouwd kan worden in de toekomst. "Dat is tot nog toe te veel in overstromingsrisicogebieden gebeurd", aldus projectleider John Tobben.