'Rijke landen moeten in 2034 stoppen met winnen olie en gas, arme landen later'
Rijke landen zouden over twaalf jaar helemaal moeten stoppen met het winnen van olie en gas, stellen onderzoekers van het Britse Tyndall Centre for Climate Change Research. Arme landen moeten nog 28 jaar de tijd krijgen om afscheid te nemen van fossiele brandstoffen. Daarmee behoudt de wereld vijftig procent kans om de ernstigste gevolgen van klimaatverandering te voorkomen.
In het Parijse Klimaatakkoord (2015) is afgesproken dat de opwarming van de aarde beperkt moet blijven tot "ruim onder de twee graden", en liever nog in de buurt van de 1,5 graad. Maar dit vereist een veel snellere teruggang in CO2-uitstoot "dan welke regering dan ook op dit moment overweegt", concluderen de onderzoekers.
In hun rapport stellen ze de vraag hoe afhankelijk landen zijn van de opbrengst van de productie van fossiele brandstoffen voor hun economie. Veel arme landen raken politiek en economisch verlamd door een snel afscheid van fossiele brandstoffen, zo blijkt. Rijke landen hebben veel meer bronnen van inkomsten en kunnen zich daarom veroorloven eerder met de productie te stoppen, en zullen bij een overgang op hernieuwbare energie relatief welvarend blijven.
Voorop lopen
Rijke landen zullen dan ook voorop moeten lopen met klimaatbeleid, aldus de onderzoekers. Volgens Nederlandse klimaatwetenschappers is dat ook al lang geleden internationaal zo afgesproken, zeiden ze eerder tegen de NOS. Rijke landen hebben in het verleden nou eenmaal veel meer CO2 uitgestoten dan de rest van de wereld, en die CO2 zit nog steeds in de lucht en veroorzaakt nog altijd opwarming.
Bovendien zullen arme landen altijd eerst wachten op daden van rijke landen. Want als rijke landen het al niet doen, waarom zij dan wel, zo wordt gedacht. De uitstoot per hoofd van de bevolking in de EU is nog altijd veel hoger dan in arme landen, ook al zijn de emissies de laatste decennia hier al wel gedaald.
De wetenschappers keken voor hun onderzoek naar het zogenoemde koolstofbudget. Daarmee wordt de hoeveelheid CO2 bedoeld die mensen nog mogen uitstoten om de opwarming van de aarde tot een bepaald niveau te beperken. Zo is het resterende koolstofbudget nog ongeveer 500 gigaton voor 1,5 graad opwarming (vanaf 2020), terwijl de wereld nu iets meer dan 40 gigaton per jaar uitstoot.
Nieuwe fossiele voorraden kunnen in ieder geval niet meer aangesproken worden, zeggen de onderzoekers. "Het rapport maakt absoluut duidelijk dat er geen capaciteit is in het koolstofbudget om nieuwe productiefaciliteiten te openen van welke aard dan ook, of het nu gaat om kolenmijnen, oliebronnen of gasterminals."
Bomen planten
Deze nieuwe studie is interessant, zegt Detlef van Vuuren van het Planbureau voor de Leefomgeving en betrokken bij rapporten van het VN Klimaatpanel IPCC. Maar sommige getallen en conclusies, zoals het jaartal 2034, zijn volgens hem te absoluut gesteld, want er spelen ook nog andere factoren. Als landen bijvoorbeeld massaal gaan inzetten op het planten van bomen en het onder de grond stoppen van CO2 kan dat jaartal verder in de toekomst komen te liggen.
Maar interessant is volgens Van Vuuren dat specifiek is gekeken naar de relatie met de mogelijkheden die landen hebben om over te schakelen. De transitie zal ook eerlijk moeten zijn, met voldoende ondersteuning. "Er zijn zeker landen die nog erg afhankelijk zijn van fossiele energie, dus je kunt je afvragen of je daar hetzelfde tempo van kunt verlangen."