Economie Afghanistan is ingestort, en dus lijdt bijna iedereen honger
De economie van Afghanistan staat aan de rand van de afgrond. Toen de Taliban er in augustus de macht grepen, werd vrijwel alle ontwikkelingshulp stopgezet, en ruim 9 miljard dollar aan internationale banktegoeden werd bevroren. Zo'n 98 procent van Afghanen eet te weinig, zo waarschuwt het Wereldvoedselprogramma (WFP) van de VN.
In een buitenwijk van Kabul wordt door het WFP voedsel uitgedeeld. Een zak bloem, een zak linzen, een fles olie en zout.
Een lange man van een jaar of 50 wankelt, leunt tegen de muur en grijpt naar zijn hoofd. "Ik voel me niet goed", zegt hij, en stelt zich voor als Ghulam Muhauddin. Al gauw komt zijn hele verhaal eruit. "Ik was helikopterpiloot, en werkte daarna voor het presidentiële paleis." Op zijn telefoon laat hij oude foto's en afbeeldingen van pasjes en certificaten zien. "Mijn dochter was journalist en mijn vrouw lerares. We zijn nu allemaal werkloos."
Elke dag vragen om hulp
Een oudere vrouw zwaait ondertussen woedend met een pasje. De medewerkster bij de deur probeert haar te kalmeren, maar het lukt niet. De vrouw duwt de medewerkster bijna omver en blijft roepen, totdat er twee gewapende Talibs bij worden gehaald.
"Ze zegt dat ze een weduwe is, en dat zij ook voedselhulp nodig heeft", zegt coördinator van de distributie, Mustafa Aidery. "Ze staat niet op de lijst. Zij denkt daarom dat er gesjoemeld is met die lijst. Maar we hebben gewoon niet genoeg."
Hij legt uit dat er in die buurt zo'n 8000 gezinnen geselecteerd mochten worden. Dat is gedaan door van deur tot deur te gaan. "Maar er zijn veel meer arme gezinnen dan dat. Iedereen is zijn werk kwijt. Dus ze komen hier elke dag om te vragen om hulp, en eten."
Tot de Taliban op 15 augustus de macht overnamen, functioneerde ongeveer 80 procent van de Afghaanse economie met buitenlands hulpgeld dat er nu niet meer is. Vanwege sancties tegen het Taliban-regime zijn tegoeden op buitenlandse banken bevroren, internationale transacties onmogelijk en donoren zijn huiverig.
Het gevolg is dat vrijwel elke Afghaan fors minder of zelfs geen inkomsten meer heeft. Mensen die veel geld op de bank hebben, kunnen er niet bij. "Ik mag maximaal 5000 Afghani (40 euro) per dag opnemen", zegt een man die in een lange rij voor de pinautomaat staat. "Ik kom elke dag. Ik heb een familie van twaalf mensen die afhankelijk zijn van mijn inkomen."
Doordat er minder geld in omloop is, hebben ondernemers ook minder klanten. Ondertussen stijgen de prijzen van voedsel en brandstoffen.
Humanitaire steun zou aan iedereen moeten verstrekt, en gescheiden moeten worden van politiek
"Onze lokale medewerkers, die al jaren in Afghanistan werken, zeggen dat het nooit zo erg is geweest als nu", vertelt Necephor Mghendi, het hoofd van het Internationale Rode Kruis in Afghanistan. "Mensen waren al getroffen door het jarenlange conflict, een zware droogte dit jaar en de pandemie. Maar nu zijn veel meer mensen helemaal zonder steun, en afhankelijk van voedselhulp. Ook Afghanen in het buitenland kunnen hun familie hier nu geen geld meer sturen."
Mghendi vertelt dat medewerkers in meerdere provincies een stijging zien in het aantal ondervoede kinderen. Maar het Rode Kruis in Afghanistan krijgt nu ook minder donaties.
"Met IFRC hebben we een bescheiden oproep gedaan voor 36 miljoen Zwitserse Franc (34,5 miljoen euro), maar daar hebben we maar 15 procent van kunnen inzamelen, en dat hebben we allemaal al besteed. Donoren steunen Afghanistan nu niet of willen voorwaarden verbinden aan steun. Maar humanitaire steun zou aan iedereen moeten verstrekt, en gescheiden moeten worden van politiek."
'Hulporganisaties kunnen de staat niet vervangen'
Ook Abdul Rahman Habib, persvoorlichter van het ministerie van Economie, zegt dit. "De VS en andere westerse landen zijn bezig met politiek. Maar dit zijn humanitaire kwesties."
Vorige week werd aangekondigd dat de Wereldbank dit jaar nog 280 miljoen dollar (247 miljoen euro) uit het wederopbouwfonds voor Afghanistan overmaakt. Dit geld gaat naar het WFP en UNICEF, beide van de VN, en is bedoeld voor voedsel en medische hulp.
Het is niet genoeg, zegt Mghendi van het Rode Kruis. "Wij als hulporganisaties kunnen de staat niet vervangen. We moeten manieren vinden om met de staat samen te werken, ongeacht de politiek. We moeten ons gezamenlijk inspannen om ervoor te zorgen dat de staat basisdiensten kan gaan leveren. En daarvoor moeten ze toegang tot hun geld kunnen krijgen."
Ghulam Muhauddin, de oud-helikopterpiloot, loopt weg bij de voedseldistributie met een kruiwagen vol bloem, linzen, olie en zout. Hij deelt zijn e-mailadres, en vraagt wat zoveel Afghanen vragen. "Kun je ons helpen? We hebben hier geen leven meer."