'Geen zorgen na EK-domper, maar er moet wel wat gebeuren richting Tokio'

Met de wedstrijd tegen Rusland komt er vrijdagmiddag een einde aan een wisselvallig EK voor de Nederlandse handbalsters. Inzet van dat duel is de vijfde plaats.

Dat zal even wennen zijn voor de ploeg die sinds 2015 niet beter weet dan dat er tot de laatste dag van een toernooi om de medailles wordt gestreden.

Meer nog dan het uitblijven van een medaille vertellen de nederlagen tegen Servië (25-29 na een 15-9 voorsprong), Kroatië (25-27) en Noorwegen (25-32) het verhaal van dit EK.

Nederland speelde in delen van die duels heel behoorlijk, maar liet het ook in te grote delen van die wedstrijden afweten. Zoals het ook tegen Duitsland (28-27) goede fases afwisselde met beduidend mindere periodes.

Trots

Toch zeggen de speelsters met opgeheven hoofd naar huis te gaan. Monique Tijsterman begrijpt dat wel. De technisch directeur van het Nederlands Handbal Verbond (NHV) zag namelijk zelf vanaf de tribune hoe Oranje gaandeweg het toernooi beter ging spelen.

"Natuurlijk hadden we er meer van verwacht. Daar zullen de speelsters ook teleurgesteld over zijn, maar ze mogen best trots zijn over hoe ze het hebben opgepakt na een moeizame start."

Voormalig assistent-bondscoach Peter Portengen deelt die mening. Het feit dat slechts een van de vier halvefinalisten van het WK van vorig jaar tot de laatste vier reikte, bewijst volgens hem dat het verschil tussen succes en deceptie klein is.

"We moeten ook niet vergeten dat het Nederland op weg naar de wereldtitel enorm heeft meegezeten. Dat zat het nu minder. Dan is een vijfde of zesde plaats een reële afspiegeling van de verhoudingen op dit moment."

'Geen zorgen, maar er moet wel wat gebeuren'

Het is een conclusie die iets meer dan een half jaar voor de Olympische Spelen voor onrust zou kunnen zorgen, maar daarvan is bij Tijsterman geen sprake.

"Nee, dit is geen reden tot zorgen, maar wél reden om alles weer aan te scherpen. Er moet wat gebeuren om de Spelen wel tot een goed einde te brengen."

Kort na het toernooi in Denemarken gaat de technisch directeur met bondscoach Emmanuel Mayonnade en de speelsters evalueren om te bepalen wat die aanscherpingen dan moeten zijn, maar Tijsterman weet nu al dat er zowel aan de toernooivoorbereiding als aan het tactische plan kan worden geschaafd.

Portengen snapt waarom Tijsterman juist die twee dingen noemt. "Een ideale voorbereiding was dit jaar natuurlijk onmogelijk, maar de eerste twee wedstrijden waren echt zwaar onder de maat. Bovendien begint het wel op te vallen dat Nederland vaak niet goed aan toernooien begint."

"En wat de tactiek betreft: er zit weinig afwisseling in het spel. Iedere tegenstander weet nu dat je Nederland niet de ruimte moet geven om dat snelle spel te spelen. Daar zal Oranje dus weer een antwoord op moeten vinden."

'Zonder Polman geen leider in het veld'

Daarbij zou wellicht de terugkeer van Estavana Polman goed van pas kunnen komen. Tijsterman merkte dat het zonder de geblesseerde spelverdeelster aan leiderschap ontbrak bij Nederland.

"Maar er zijn wel meer teams die belangrijke speelsters missen", werpt Portengen tegen. "Natuurlijk wordt Polman gemist, maar het zou niet best zijn als Nederland alleen maar goed kan spelen als het compleet zou zijn."

Dat is volgens Portengen dan ook niet het geval. Hij en Tijsterman concluderen dat het dit EK simpelweg allemaal net wat minder was. "En na al die succesvolle toernooien kan dat ook gewoon een keer gebeuren."