Voor het eerst rechtstreekse vlucht van Emiraten naar Israël
Voor het eerst heeft een luchtvaartmaatschappij een directe vlucht afgelegd tussen de Verenigde Arabische Emiraten en Israël, landen die formeel geen diplomatieke banden hebben. Etihad Airways vloog van Abu Dhabi naar Tel Aviv met een lading hulpgoederen voor de Palestijnse gebieden. Voorheen moest zo'n vlucht altijd eerst een tussenstop maken in een ander land.
De Emiraten zeggen Israël niet te erkennen zolang er geen vooruitgang wordt geboekt in het vredesproces tussen Israël en de Palestijnen, dat al jaren stilligt. Maar beide landen zien het nucleaire programma en de militaire ambities van Iran als een gevaar, en hebben het afgelopen decennium achter de schermen de banden aangehaald. Deze vlucht geldt als een nieuwe stap in dat proces.
Strijd tegen het coronavirus
Het vliegtuig van Etihad, waarvan alle aandelen in handen zijn van de overheid van Abu Dhabi, vloog naar Tel Aviv omdat de Gazastrook en de door Israël bezette Westelijke Jordaanoever geen vliegvelden hebben. Aan boord waren geen passagiers, maar wel 14 ton aan beschermende kleding, beademingsapparaten en andere medische apparatuur. De lading komt uit een voorraad hulpgoederen van de Verenigde Naties, die in de Emiraten opgeslagen liggen.
De hulpgoederen zijn bedoeld om de Palestijnen te helpen in hun strijd tegen het coronavirus. Volgens de officiële cijfers zijn er in de Palestijnse gebieden tot nu toe 340 mensen besmet geraakt met het virus, twee van hen zijn overleden.
Hoewel de Emiraten Israël officieel dus niet erkennen, is er wel contact tussen de twee landen. Israëliërs kunnen naar de Emiraten reizen en Israël heeft een kleine afvaardiging bij het Internationaal Agentschap voor Hernieuwbare Energie in Abu Dhabi.
Israël neemt volgend jaar ook deel aan Expo 2020, de wereldtentoonstelling die gehouden wordt in het emiraat Dubai. Maar bijvoorbeeld telefoongesprekken tussen de Emiraten en Israël zijn echter nog steeds niet mogelijk.