Publieke omroep krijgt gevraagde miljoenen voor songfestival
De publieke omroep krijgt de gevraagde 12,4 miljoen euro om de uitzending van het Eurovisie Songfestival mogelijk te maken. Minister Slob voor Media schrijft aan de Tweede Kamer dat de extra bijdrage uit de Algemene Mediareserve komt. Dat is een pot met geld dat al voor de omroepen is gereserveerd. Het kabinet trekt dus zelf geen extra geld uit.
Anderhalve week geleden liet Slob al weten dat "de meeste seinen op groen" stonden. Nu is het dus definitief rond. De toezegging is mogelijk doordat er meer geld in de Algemene Mediareserve is binnengekomen uit advertentieverkopen door de Ster. Voor dit jaar werd eerst uitgegaan van 150 miljoen euro aan Ster-inkomsten, maar die verwachting is nu bijgesteld tot 173 miljoen euro.
Omroepen akkoord
Zelfs als die inkomsten toch tegenvallen, is er volgens Slob voldoende geld voor het songfestival. De omroepen zijn akkoord met de bijdrage uit de reservepot, schrijft hij.
Het uitzenden van het Eurovisie Songfestival, dat volgend jaar mei in Rotterdam wordt gehouden, kost naar schatting 26,5 miljoen euro. De NPO en AVROTROS brengen samen 4,5 miljoen euro op en er komt 9,6 miljoen euro uit een bijdrage van de Europese omroeporganisatie EBU en de ticketinkomsten. Om het openstaande gat op de begroting te dichten had de NPO de hulp van Slob ingeroepen.
NPO-voorzitter Shula Rijxman is blij dat de financiering nu rond is: "Het Eurovisie Songfestival is één van de meest verbindende Europese tradities waar ieder jaar miljoenen mensen naar uitkijken. Het evenement in Rotterdam, dat twee weken duurt, en de drie hoogstaande tv-producties zullen hoe dan ook een positieve impuls zijn voor de hele Nederlandse culturele, creatieve en innovatieve industrie."