Grapperhaus: stroomstootwapen kan agressie terugdringen
Agenten krijgen een stroomstootwapen om zich te verdedigen. Met de zogeheten taser is al lang geëxperimenteerd en het kabinet gaf vandaag het groene licht. Minister Grapperhaus zei na afloop van de ministerraad dat de taser een goed middel is om snel oplopende agressie terug te dringen.
Volgens hem blijkt uit de experimenten dat alleen al het tevoorschijn halen van het wapen ertoe kan leiden dat mensen terugdeinzen en zich overgeven aan de politie. Grapperhaus voegde eraan toe dat er jarenlang een gat heeft gezeten tussen de "knuppel en de pepperspray aan de ene kant en het vuurwapen en de inzet van honden aan de andere kant".
De komende tijd worden 17.000 agenten met de "taser" uitgerust en het kabinet trekt daarvoor 30 miljoen euro uit.
Er komt een aanbestedingsprocedure en de agenten moeten leren met het wapen om te gaan. Volgend jaar gaan de eerste agenten ermee werken en Grapperhaus hoopt dat over ongeveer twee jaar alle 17.000 politieagenten ermee zijn uitgerust.
De politie kan de taser ook gebruiken tegen psychiatrische patiënten in ggz-instellingen; over de manier waarop zijn aparte afspraken gemaakt met de geestelijke gezondheidszorg.
Ongeduld van Akerboom
De discussie over het stroomstootwapen loopt al lang, té lang volgens korpschef Akerboom. Die eiste in september dat het kabinet snel een besluit zou nemen. Hij benadrukte dat agenten steeds vaker geconfronteerd worden met geweld en bedreigingen door burgers en dat de politie daarom stroomstootwapens nodig heeft als extra middel.
Mensenrechtenorganisatie Amnesty International zette vraagtekens bij gebruik van het wapen vanwege de risico's voor de gezondheid. Grapperhaus zei daarover vandaag dat er geen of verwaarloosbare gezondheidsrisico's zijn. "Het heeft een gematigd effect, maar het is wel heel even onprettig". De vraag of hij zelf wel eens getaserd is, antwoordde hij ontkennend, maar hij is bereid zich aan een proef te onderwerpen.