Jeukpiek door eikenprocessierups voorbij, ergste leed lijkt geleden
De grootste overlast door de eikenprocessierups lijkt achter de rug. Het aantal mensen dat zich bij de huisarts meldt met jeukklachten, bijvoorbeeld door de rups, is terug op normaal niveau, blijkt uit cijfers van onderzoeksinstituut Nivel.
De afgelopen weken was er een piek te zien in het aantal mensen met jeuk. Dat was vooral toe te schrijven aan de explosieve opkomst van de 'jeukrups' door heel Nederland. De brandharen van de rups leiden tot overlast.
Op het hoogtepunt, ongeveer vier weken geleden, meldden zich wekelijks zo'n 85 op de 100.000 mensen met jeukklachten bij de huisarts. Inmiddels is dat aantal weer terug naar 20, wat gebruikelijk is gedurende het hele jaar.
Volgens het Nivel komt de daling onder meer doordat de eikenprocessierupsen vlinders zijn geworden. "En het heeft geregend de afgelopen week. Er blijven nog wel haartjes achter op de bomen, dus daar kunnen mensen nog last van hebben", zegt huisarts-epidemioloog Gé Donker van het Nivel.
Droogte en wind
Het instituut sluit niet uit dat er komende tijd weer meer mensen naar hun arts gaan met jeuk. "Als het heel lang droog blijft en gaat waaien, kunnen de haren weer verspreid worden. Dus het aantal kan eind juli en in augustus nog wat stijgen, maar we verwachten niet dat het zo erg wordt als de afgelopen tijd."
Eerder waarschuwde het Kenniscentrum Eikenprocessierups dat het beestje jaarlijks kan terugkeren in Nederland en dat er het hele jaar door aan de bestrijding moet worden gewerkt.