Onderzoek naar behoud belangrijke kunst na onrust over veiling 'Rubens'
Een onafhankelijke commissie onder leiding van oud-D66-leider Pechtold gaat onderzoeken of er genoeg kan worden gedaan om de verkoop van belangrijke Nederlandse kunstvoorwerpen in het buitenland te voorkomen. Minister Van Engelshoven heeft daar om gevraagd naar aanleiding van de veiling in New York van een tekening van Rubens door prinses Christina. De tekening, waar ook Nederlandse musea belangstelling voor hadden, bracht ruim 6 miljoen euro op.
"We merkten dat daar maatschappelijke onrust over was", zegt Van Engelshoven. "We zien dat men het in Nederland belangrijk vindt dat we ons openbaar kunstbezit ook houden en dat Nederlandse musea de kans krijgen om te kijken of zij het willen aankopen en of zij daar de fondsen voor kunnen verwerven. Daardoor kan zo'n werk voor het hele Nederlandse publiek te zien blijven en verdwijnt het niet zomaar in een collectie in het buitenland."
Rembrandt van Jan Six
De minister voor Cultuur zegt dat er al was besloten om de nieuwe Erfgoedwet te evalueren. Die wet is sinds 1 juli 2016 van kracht en moet voorkomen dat voorwerpen en verzamelingen met een bijzondere cultuurhistorische of wetenschappelijke betekenis in het buitenland worden verkocht. Er staat ook in dat voorwerpen die "onvervangbaar en onmisbaar" worden geacht, moeten worden opgenomen in het register beschermde cultuurgoederen.
Naar aanleiding van de Rubens-affaire is de evaluatie naar voren gehaald, zegt de minister. Ze zegt dat het haar niet gaat om de nu verkochte Rubens, maar om al die andere bijzondere voorwerpen die in bezit zijn van particulieren. "Denk aan de Rembrandt van Jan Six of het zilver van Kasteel de Haar. Er is heel veel particulier kunstbezit in Nederland dat we wellicht beschermwaardig vinden."
In de commissie zitten naast Alexander Pechtold Fusien de Bijl de Vroe, directeur van de Vereniging Rembrandt, de Leidse hoogleraar staatsrecht Tom Barkhuysen en Lennart Booij, ondernemer in de kunstwereld. Hij promoveerde als kunsthistoricus op het werk van de Franse glaskunstenaar Lalique.
Bij de veiling bij Sotheby's in New York trok prinses Christina een stuk van Lalique terug. Het ging om een met tulpen versierde glazen tafeldecoratie. De Franse glaskunstenaar maakte die in 1937 voor het huwelijk van Christina's ouders Juliana en Bernhard. Het was een cadeautje aan het bruidspaar van de Nederlandse ambassadeurs in het buitenland.
'Handel gaat sneller dan vroeger'
Vanuit de kunstwereld wordt met instemming gereageerd op de benoeming van de commissie.
Frits Duparc, oud-directeur van het Mauritshuis in Den Haag en bestuurslid van de Vereniging Rembrandt: "Absoluut goed, ik ben er buitengewoon gelukkig over. Het lijkt erop dat de wet zoals hij nu is, wat hiaten vertoont."
Voormalig directeur Wim Pijbes van het Rijksmuseum vindt het ook verstandig dat het onderzoek er komt. Hij wijst erop dat de handel in kunst sneller gaat dan vroeger.
Sandra Kisters, hoofd collectie en onderzoek van Museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam, zegt dat het museum het onderzoek verwelkomt. "We zijn blij dat er criteria komen die ervoor kunnen zorgen dat belangrijke werken voor de Collectie Nederland behouden blijven."