'Boksen blijft olympisch, daar maak ik mij niet druk om'

Over iets meer dan anderhalf jaar worden in Tokio de volgende Olympische Spelen geopend. Mét boksen op het programma, daar twijfelt niemand aan in boksminnend Nederland. Maar hoe en wanneer de boksers zich moeten kwalificeren, weet nog niemand.

Op de Nederlandse kampioenschappen in Rotterdam was de toekomst van het olympisch boksen afgelopen weekeinde onderwerp van gesprek. Het Internationaal Olympisch Comité (IOC) heeft namelijk gedreigd boksen van het programma te halen indien de internationale boksbond AIBA zijn zaken niet snel op orde brengt.

Reden voor dat dreigement is de benoeming van Gafoer Rachimov, vorig jaar november, als voorzitter van de AIBA. De Oezbeek wordt al jaren in verband gebracht met drugshandel en witwaspraktijken. Een voorzitter met zo'n reputatie is schadelijk voor de bokssport én het olympisch imago, stelt het IOC.

Miljoenenschuld

Het lijkt erop dat de benoeming van Rachimov een financieel motief heeft gehad. "De grootste problemen zijn veroorzaakt door de voorganger van Rachimov, Ching-Kuo Wu. Die heeft de AIBA met een miljoenenschuld achtergelaten", legt technisch directeur Peter Bonthuis van de Nederlandse boksbond uit.

"Rachimov wilde die problemen wel oplossen als hij president kon worden, omdat hij het zich kan veroorloven. Maar wij (de Nederlandse boksbond, red.) hebben tegen hem gestemd", aldus Bonthuis.

Zolang Rachimov de scepter zwaait bij de AIBA zou volgens ingewijden bij het IOC boksen taboe zijn op de Olympische Spelen. Bonthuis durft echter met zekerheid te stellen dat de soep niet zo heet zal worden opgediend.

"Thomas Bach (IOC-voorzitter, red.) heeft laten weten dat de sporters zich geen zorgen hoeven maken. Er komt een bokstoernooi", zegt Bonthuis.

Ook Enrico Lacruz, die er op de Spelen in Rio de Janeiro in 2016 bij was namens Nederland, heeft er vertrouwen in dat boksen z'n olympische status behoudt. "Ik maak mij er niet niet druk om. Boksen is de oudste sport ter wereld."