Frans Derks, het broekje past nog
Vraag mensen van onder de dertig jaar wie Frans Derks is en het blijft vaak lang stil. Vraag een oudere generatie wie Frans Derks is en ze raken niet uitgesproken over de man die als scheidsrechter in de jaren zestig en zeventig opzien baarde.
"Frans Derks was en is het korte broekje", zegt voetbalcommentator Kees Jansma in een aflevering van Andere Tijden Sport over de scheidsrechter.
Naast zijn kledingkeuze benadrukt Jansma ook de arbitrale kwaliteiten van Derks. "Frans Derks was niet de beste scheidsrechter van Nederland. Frans Derks was een van de beste scheidsrechters ter wereld. Maar wel een enorm onbegrepen scheidsrechter."
Derks was tussen 1956 en 1978 arbiter in het betaald voetbal. Hij was ijdel, flamboyant en niet cameraschuw. Precies het tegenovergestelde van hoe voetbalbond KNVB in die tijd zijn scheidsrechters graag zag.
Jansma: "Ik vergelijk hem wel eens met Charles Corver. Die was niet beter, maar heeft het wél verder geschopt." De meer ingetogen Corver mocht fluiten op twee wereldkampioenschappen, Derks was nooit actief op een groot toernooi.
"Nee, ik heb nooit een toernooi gefloten. Want mijn broekje was te kort, hè", blikt Derks terug. "Ze hebben mij echt een keer een WK door de neus geboord. Maar daar zit ik niet mee."
'Man met allure'
Oud-verslaggever Willibrord Frequin ging veel met Derks om. "Hij was op het veld een man met allure. En dat kon je van de meeste scheidsrechters niet zeggen. Hij voelde de wedstrijd aan. En zo floot hij ook."
Kenmerkend voor zijn optreden op de velden was dat Derks vaak in gesprek ging met voetballers. Hij sprak ze aan zoals ze hem aanspraken. Het geven van een kaart liet hij meestal achterwege, maar dat had twee redenen.
Zoals Derks het zelf verwoordt: "De kunst van het fluiten is níét te fluiten. De mensen komen naar het voetballen kijken. Ik liet ze erg lang voetballen altijd. Ik heb in 23 jaar veertien gele kaarten gegeven. Die geven ze nu in één wedstrijd. Ze pasten ook niet in mijn broekje. Verschrikkelijke dingen. Ze zaten altijd bij mijn edele dingen... Dus ik liet ze meestal in het hokje liggen. Ik had niks met die kaarten."
Bal halen
Een mooi voorbeeld van zijn aanpak was het voorval met NEC-speler Jan Peters. De middenvelder ging op 2 november 1975 in de wedstrijd tegen FC Twente opeens op de bal zitten - een provocerende actie. Derks floot direct, noemde het spelbederf en sprak Peters erop aan. Die haalde zijn schouders op, waarop Derks hem de, inmiddels weggeschoten, bal liet ophalen. Peters gehoorzaamde.
Derks is inmiddels een man op leeftijd. Hij is 88 jaar oud, maar vraag hem er niet naar, want er volgt geen eerlijk antwoord. "Ik word binnenkort 33", zegt hij in Andere Tijden Sport.
Hij houdt zichzelf graag fit, zit naar eigen zeggen anderhalf uur per dag in de fitness. "Ik vind dat belangrijk, dat je fit bent. Als ik af en toe mensen van dertig of veertig jaar zie, denk ik: ga toch vlug aan de gang."
IJdelheid
Het broekje past Derks nog steeds. "Als het niet meer past, stop ik." Hij doet het ook nog vaak aan als hij weer eens een wedstrijd leidt. "Ik fluit nog zestig wedstrijden per jaar", vertelt hij.
Nog altijd schaamt Derks zich bij lange na niet voor zijn ijdelheid. "Veel mensen zijn ijdel maar die komen er niet voor uit; die vinden ijdel een vies woord. Ik niet. Ik durf gerust te zeggen dat ik ijdel ben."