Btw 50 jaar na invoering nog steeds 'een prachtige belasting'
Joukje Beiboer
Joukje Beiboer
De btw bestaat deze week 50 jaar. Reden voor een feestje, of is de btw een blok aan ons been? De inmiddels 97-jarige Johan Witteveen voerde als toenmalig VVD-minister van Financiën de btw in 1969 in. Het centrumrechtse kabinet-De Jong kwam toen met een nieuwe belasting: belasting over de toegevoegde waarde, de btw dus.
"Een prachtige belasting, heel noodzakelijk en belangrijk", zegt Witteveen in gesprek met de NOS. Er waren destijds twee tarieven: een van 4 procent voor de eerste levensbehoeften en een van 12 procent voor de andere goederen.
Deze kapper legt eind 1968 zijn klant uit wat er met het nieuwe belastingsysteem eigenlijk gaat veranderen.
Voordat de btw er was, ging het er heel anders aan toe. Toen kende Nederland een zogenoemd cumulatief cascadestelsel, waarbij ondernemers eigenlijk belasting over belasting betaalden.
Witteveen legt uit dat dat systeem tot ongelijkheid tussen ondernemers leidde, zeker als de belasting voor ondernemers in de toekomst zou gaan stijgen. "De oude omzetbelasting zou de structuur van het bedrijfsleven hebben scheefgetrokken", zegt Witteveen.
Bedrijven die de productie in eigen beheer hadden, waren in het cascadestelsel voor hun omzetbelasting namelijk voordeliger uit dan bedrijven die materiaal voor hun eindproduct moesten aankopen.
Een fietsenverkoper bijvoorbeeld die veel onderdelen aankocht, betaalde over ieder onderdeel belasting. En over de verkoop van de fiets moest hij omzetbelasting afdragen. Terwijl een concurrent die alle onderdelen zelf maakte en monteerde alleen belasting hoefde af te dragen over de fiets.
Bovendien was een nieuw systeem volgens Witteveen om nog een andere reden nodig. "Je kunt geen gemeenschappelijke markt hebben als je niet een belasting hebt die daar op inspeelt", zegt Witteveen. De toenmalige EEG-landen spraken af om voor 1 januari 1970 over te gaan op een ander, "eerlijker" belastingstelsel. Dat werd dus het btw-stelsel dat we nog steeds kennen.
Onder dit systeem betalen ondernemers alleen belasting over de zogenoemde "toegevoegde waarde". Die wordt betaald door de consument, maar de ondernemer draagt het geld af aan de fiscus.
Om bij het voorbeeld van een fiets te blijven: als je er een koopt moet de verkoper btw afdragen. Maar een groot deel van de btw krijgt hij weer terug van de fiscus, zoals de belasting die hij bij het kopen van de onderdelen moest betalen.
Speciale tv-uitzendingen
In heel Europa kregen landen zo'n belastingstelsel. Dat was volgens Witteveen belangrijk. "Want als je als ondernemer in een land uitgaven doet en btw betaalt, dan moet je er wel van uit kunnen gaan dat je dat terugkrijgt."
Voor ondernemers veranderde er natuurlijk veel: de prijzen veranderden en administratief was het een hele nieuwe manier van werken. Om de ondernemer goed voor te bereiden, wijdde de educatieve omroep Teleac er een reeks televisieuitzendingen aan.
Bekijk hieronder het promotiefilmpje van de Rijksvoorlichtingsdienst voor de speciale tv-uitzendingen over de btw:
In 50 jaar tijd steeg de opbrengst van de btw volgens het CBS van 2,6 miljard euro tot ongeveer 53 miljard euro per jaar, een vertwintigvoudiging. Na de loon- en inkomstenheffing is de btw de belangrijkste inkomstenbron voor de overheid.
Hoewel het btw-systeem fundamenteel niet is veranderd, zijn de tarieven door de jaren steeds hoger geworden. De btw-tarieven zijn sinds 1 januari 2019, door de verhoging van het lage tarief, hoger dan ooit.
Oud VVD-politicus Witteveen vindt een verhoging niet per se verkeerd. "In de situatie dat de uitgaven erg hoog zijn is het nodig de inkomsten op te voeren. Dat kan zowel op de consumptie drukkend of op het inkomen drukkend."
Een hogere belasting op consumptie is volgens Witteveen beter, "want dat ontmoedigt het werken, de inspanning en de vindingrijkheid niet".
Belastingverhogingen en verlagingen in het verleden
Het hoge btw-tarief begon op 12 procent. In de jaren 70 klom het naar 18 procent. In 1986 werd het hoge tarief 20 procent, waarna het van 1988 tot 2000 werd teruggezet naar 17,5 procent. Daarna klom het op tot 21 procent in 2012.
Het lagere btw-tarief begon op 4 procent. In de jaren 80 steeg het naar 6 procent, en op 1 januari is het met 50 procent verhoogd en staat het op 9 procent.
Bekijk in de onderstaande video wat allemaal duurder wordt door de btw-verhoging die 1 januari 2019 inging:
Ook al is over de btw-verhoging veel te doen, toch vindt oud-minister Witteveen dat de belasting op de toegevoegde waarde "uitstekend gewerkt heeft".
"Dat de tarieven verhoogd zijn, is niet een gevolg van de invoering van dat systeem", stelt hij. "Dat zou met gewone omzetbelasting ook gebeurd zijn, maar dat was geen goed systeem geweest."