Bondscoach Verbeek verbaast zich over talentvol Oman

In Nederland is Pim Verbeek een beetje van het netvlies van de voetballiefhebbers verdwenen. Maar in Oman, waar Verbeek al bijna twee jaar bondscoach is, is dat heel anders. De 62-jarige trainer wordt er op handen gedragen sinds het winnen van de Golf Cup, begin dit jaar. In januari volgt een nieuwe uitdaging: de Azië Cup.

Een uitdaging is het werken in Oman sowieso al. Het sultanaat op het Arabisch Schiereiland met zo'n vier miljoen inwoners is namelijk niet bepaald een voetballand.

Hobbyisten

"Het zijn vooral liefhebbers en hobbyisten hier", vertelt de bondscoach. "Het grote geld zit hier niet. De spelers zijn semi-professional bij hun club en vinden het vooral leuk om te voetballen. Maar ik heb een goede selectie, zeer talentvol en zeer gedisciplineerd."

In januari bracht Verbeek het land in extase door met de nationale ploeg de Golf Cup te veroveren, dat wordt gezien als het kampioenschap van het Arabisch Schiereiland. Nu zijn de pijlen gericht op de Azië Cup, die in januari wordt gehouden in de Verenigde Arabische Emiraten.

"De Olympische Spelen en het WK voetbal zijn het allergrootste in Azië, maar meteen daarna komt de Azië Cup", vertelt Verbeek. "Met het winnen van de Golf Cup horen we er in het Midden-Oosten weer helemaal bij. Dat is fantastisch. De volgende stap is nu presteren op de Azië Cup. En vervolgens willen we proberen ons voor het eerst te plaatsen voor het WK."

Verbaasd over talent

Grote favoriet voor de Azië Cup is Oman zeker niet. Dat zijn landen als Japan, Zuid-Korea, Iran en Australië, met als outsiders Saudi-Arabië, Qatar en het ambitieuze maar tot nu toe volstrekt succesloze China. Bij drie eerdere deelnames aan de Azië Cup kwam Oman nooit verder dan de groepsfase. In januari zit Oman in een poule met Japan, Oezbekistan en Turkmenistan.

Het zou voor Verbeek al een succes zijn als Oman de volgende ronde haalt. Want de omstandigheden in het sultanaat zijn heel anders dan de voormalige bondscoach van Zuid-Korea en Australië gewend was.

"Het verbaast me elke keer weer dat er hier heel veel talent is, want er is hier eigenlijk geen enkele opleiding of academie", vertelt Verbeek. "Clubs hebben alleen maar het eerste elftal. Voor jeugdspelers schijnt wel ergens een competitie te zijn, maar daarin spelen ze maar acht wedstrijden per jaar."

Straattoernooitjes

"Mijn collega's van onder-16 en onder-19 en het olympisch elftal moeten ongelooflijk veel reizen en zelfs ook straattoernooitjes bezoeken om aan spelers te komen. Als ik ze dan bij het nationale elftal krijg, denk ik soms: wow, als ik sommige spelers een paar jaar eerder had gekregen, had ik het nog wel willen zien."

Bondscoach Pim Verbeek langs de lijn tijdens een oefenduel met Bahrein:

Het voetbal in Oman kan zich dan ook niet meten met Europa. Spelers uit het Midden-Oosten maken sowieso nauwelijks de stap naar het buitenland, constateert Verbeek. "Ik heb zeker drie spelers die ik wel bij Sparta, mijn clubje, zou willen aanraden. Maar die jongens gaan dus niet."

"Ze hebben het hier goed. En ze hebben moeite met de taal, want ze spreken alleen Arabisch. Ze kunnen moeilijk buiten hun vrienden en hun land. En ook het eten is een probleem. Ze willen toch het Omaanse eten: spicy food, rijst en vlees staan altijd bovenaan het lijstje."

Voetballen bij 39 graden

Ook het weer in Oman zal de spelers van Verbeek iets meer aanspreken dan het Nederlandse. Hoewel, het is in Oman vaak te heet om te voetballen. "Nu is het 28 graden. Dat is geweldig. Maar vijf maanden per jaar is het heel hard werken voor die jongens. In mei wordt er nog competitie gespeeld en dan is het wel 38, 39 graden. En dat kun je dan ook wel zien aan het voetballen."

"De jongens doen wel hun best, maar het ziet er niet meer uit. Het tempo ligt zó laag. Ook als de competitie wordt hervat, in augustus, is het nog 36, 37 graden. Ook 's avonds. Dat heeft met voetballen niets meer te maken", geeft Verbeek toe.

Toch kan de Omaanse competitie niet anders worden ingedeeld, omdat de spelers vanaf december vrij moeten zijn. "Dan kan ik die maand gebruiken voor de voorbereiding op de Azië Cup. Dat is een heel belangrijk doel. Niets is mooier dan in de Emiraten, ons buurland, een goede prestatie neer te zetten."